5 september 2004: 23de zondag door het jaar
Christus navolgen
Sabine Van Huffel
Openingslied
Inleiding
In de tredmolen van ons leven vinden we steeds
minder tijd om na te denken. Wie van ons heeft niet dat gevoel meegesleurd
te worden door onze opeenvolgende activiteiten? We moeten vlug beslissen,
zien weinig vooruit en reageren dikwijls volgens onze ingebouwde
automatische piloot. Een dergelijk actiegedreven leven leidt snel
tot oppervlakkigheid en gaat ten koste van bezieling. Durven we
onszelf nog afvragen of we op lange termijn onze verplichtingen
kunnen nakomen? Ook op religieus vlak? Daarom doet het deugd eens
dieper te graven in onszelf of mensen te ontmoeten met levenswijsheid
om de betrekkelijkheid van de dingen en de menselijke verhoudingen
te leren inzien. De schriftlezing van vandaag leert ons iets over
deze levenswijsheid en nodigt ons uit stil te staan bij de vraag
of wij nog in staat zijn het wezenlijke en het noodzakelijke te
onderscheiden van het bijkomstige. Is het leven niet meer dan geld
verdienen en zorgen voor goede relaties?
In het evangelie dat we vandaag beluisteren spreekt
Jezus hierin provocerende taal. ``Wie niet breekt met zijn vader
en moeder en vrouw en kinderen en broers en zusters, ja zelfs met
zijn eigen leven, kan mijn leerling niet zijn’’. Jezus volgen gaat
boven alles. Het is een oproep tot radicaliteit. Denk enkel aan
het Rijk Gods en de rest is bijkomstig. Deze gedachte is erg confronterend.
Want hoe kunnen we nu aan het rijk Gods werken in onze dagelijkse
werksituatie? Het louter stellen van deze vraag brengt onze actiegedrevenheid
reeds in een ander perspectief. Het evangelie laat een ander licht
schijnen.
Evangelie volgens Lucas: hfst. 14, vs. 25-33
Homilie
Het evangelie spoort ons aan Jezus te volgen.
Maar hoe? Hoe meer we over Jezus nadenken, des te meer beelden duiken
er op: Jezus als biddende mens, als weldoener, als vriend, zacht,
eerlijk maar ook radicaal, neemt geen blad voor de mond,… We bereiken
met Jezus nooit een eindpunt. Als gelovige gemeenschap voelen we
ons gedreven om alles wat we meemaken, lezen, zien, beseffen, …
met Jezus te confronteren. Wat heeft deze Jezus ons vandaag te zeggen
ten aanzien van onze persoonlijke en de maatschappelijke, politieke
situatie? Een eerste gedachte wordt ons steeds duidelijker wanneer
we nadenken over Jezus: ``Jezus is geen zacht hoofdkussen waarop
we kunnen uitrusten’’, zoals Anselm Grün het zo mooi verwoordt.
Jezus bevestigt niet, maar maakt onrustig. Hij schenkt ons
aan de ene kant een ongehoorde vrijheid. Aan de andere kant daagt
Hij ons uit. En we krijgen het gevoel dat we nooit tevreden kunnen
zijn met ons leven. We kunnen nooit als de Farizeeën zeggen: ``Nu
heb ik alle geboden van God nageleefd’’ of ``Nu volg ik Jezus werkelijk
na’’. Jezus werkt paradoxaal. Als gelovige werken we elk op onze
manier aan onze eigen spirituele weg. Maar ervaren we niet allemaal
dat Jezus ons op die weg nooit helemaal tot rust laat komen? Onverbiddelijk
legt hij al onze schaduwkanten bloot. Dit is het geval telkens we
beseffen dat we God voor ons eigen karretje spannen, of op onze
spirituele lauweren willen rusten of ons als iets heel bijzonders
voelen. Kortom, elke poging om de aandacht op eigen ego te richten,
wijst hij af.
Ten tweede heeft Jezus steeds iets tegendraads.
Zijn provocerende uitspraken beletten ons een kant en klaar beeld
van Jezus te maken. Zoals zijn uitspraak in het evangelie van vandaag
die helemaal niet strookt met onze opvattingen over menswording.
Waartoe wil Jezus ons overhalen? Vandaag de dag streven wij naar
zelfverwezenlijking, zelfontplooiing, naar innerlijke harmonie.
Jezus heeft met deze uitspraak zeker niet bedoeld dat we onszelf
moeten misvormen en afwijzen. Maar ``met jezelf breken’’ blijft
niettemin een provocatie. Wat bedoelt Jezus dan? Het Griekse woord
betekent ``nee zeggen, weerstand bieden’’. Willen we een leerling
van Jezus zijn, dan moeten we nee zeggen tegen ons ego dat onszelf
in het middelpunt plaatst. Door op die manier weerstand te bieden
en onze oppervlakkige wensen te temperen, kunnen we in contact treden
met ons ``ware zelf’’. Dan ontdekken we wie we eigenlijk zijn, wat
ons diepste verlangen is. Met andere woorden, wanneer we Jezus
willen volgen, moeten we ons niet laten meeslepen met de stroom:
de dagelijkse sleur en zorgen, het reageren volgens ons ogenblikkelijk
humeur, vanuit een ik-gerichtheid,… maar moeten we weerstand bieden
en de onderstroom induiken (waar we de tegenstroom voelen) om op
zoek te gaan naar onze echte innerlijke kern, wat ons ten diepste
raakt en drijft en ons op een veel dieper niveau gelukkig maakt
en tot volheid brengt. Vakantietijd is een ideale tijd om zo’n duik
te nemen in die onderstroom. Hebben we de tijd genomen --in de stilte
van een abdij, midden de natuur of gewoon in eigen tuin-- om ons
te herbronnen? Op zoek te gaan naar die heilzame plek in ons? Voeling
te krijgen met wat ons ten diepste roert…?
Ten derde ontdekken we dat Jezus navolgen ook
inhoudt dat we ons kruis moeten opnemen. Jezus’ boodschap is zo
provocerend dat het kruis of de tegenstand onvermijdelijk was. Als
we Jezus willen volgen, zullen ook wij dagelijks botsen met die
wereld en onze eigen berekende overgave. We moeten aanvaarden dat
ons geluk nooit totaal zal zijn, dat het leven geen rozentuin is.
We moeten onszelf aanvaarden met al onze innerlijke tegenstellingen.
Dat doet vaak pijn. Maar juist op die manier ontdekken we wat Jezus
bedoelt met het ``ware leven’’.
Tenslotte wil ik nog verder ingaan op een vierde
betekenis van Jezus’ oproep om hem na te volgen. Als we Jezus navolgen,
dan betekent dit dat Jezus ons ook voorgaat, een weg voor ons
baant. Daarom kunnen we hem navolgen. Deze 2 aspecten horen
bij elkaar: ``Jezus gaat voor’’ en ``ik volg na’’. Onze navolging
is een consequentie van Jezus’ aantrekkingskracht. Jezus is voorganger,
onze levensgids. Hij is een uniek vrije mens en tegelijk heel authentiek.
Hij laat zich niet meeslepen door de publieke opinie maar spreekt
recht voor de vuist en dit maakt indruk. Daarin fascineert hij en
trekt hij ons aan. Zo gaat Jezus ons voor op weg naar de ander.
Wij kunnen Jezus navolgen op eigen mijlslaarzen, stapsgewijze op
eigen tempo. Hij haalt ons weg uit het leven dat we opbouwen rond
ons ego en doorbreekt de inertie van zelfliefde. Hiermee verbind
ik de passage van de torenbouwer uit het evangelie. Hier spreekt
Jezus tot ons onder 4 ogen. Jezus daagt ons uit, confronteert ons
met onszelf als we ons leven uitbouwen. Hij dwingt ons tegen ons
leven in te gaan, ons af te vragen of we de aanvechtingen van het
leven van elke dag wel de baas kunnen (beeld van het leger in het
evangelie). Jezus is de grote criticus, hij is het die tussenkomt
als we overhoop liggen met onszelf, ons leven. Er ontstaat op dat
ogenblik een ruimte voor authentieke vrijheid en in die ruimte is
Jezus aanwezig.
We doen Jezus echter tekort door hem enkel na
te volgen: Jezus gaat naar zijn Vader. Hij gaat ons dus voor
naar de Vader en dit is mijn 5de gedachte. Dit is de
ultieme aantrekking, en die is Goddelijk, creëert een verticale
hechting tussen God en mens. Deze verticale lijn is de zijns-lijn.
Maar Jezus gaat ons ook voor op weg naar de ander. Dit is de horizontale
dimensie, de doe-lijn, de weg van de dienstbaarheid, creëert een
hechting van mens tot mens. Als je beide lijnen samenvoegt, heb
je een kruis. En dat kruis moet je opnemen, zegt Jezus. Het evangelie
van vandaag daagt ons allen uit om het juiste evenwicht te zoeken
tussen doen en zijn, tussen de weg van de dienstbaarheid en de weg
van de spiritualiteit.
Bezinningsmuziek
Groot dankgebed
Communielied
Slotgebed
|