------
 
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
------




8 MEI 2005 : 7de Paaszondag  

Tussen Hemelvaart en Pinksteren

Sabine Van Huffel

Donderdag was het Hemelvaart. En elk jaar opnieuw bekruipt me een gevoel dat ik al als kind had, een gevoel van leegte. Ik sta daar dan met die leerlingen naar de hemel te turen, naar die wolk die Jezus meeneemt. Ineens is Hij weg en ik blijf achter, met een vreselijk gevoel van leegte en gemis. En dan verfoei ik altijd die twee mannen die me zeggen : wat staat gij daar naar de hemel te kijken ? Ik voel me dan zo verweesd. Ik mag dan wel weten dat Hij is opgenomen in de heerlijkheid van God. Maar intussen heb ik hem niet meer. Geef me alsjeblief de tijd om daarmee klaar te komen. Die sfeer proef ik altijd tussen Hemelvaart en Pinksteren. Jezus is weg, de Geest moet nog komen.

INTREDELIED : "Gij zijt voorbijgegaan" (lied 503)

INLEIDING

Jezus heeft de wereld verlaten en de Geest is nog niet gekomen. Op dat moment beleven de leerlingen een grens-ervaring. Maken wij dat niet regelmatig mee, zo’n grenservaringen? Het gevoel van afscheid te moeten nemen van iets dat ons ontglipt en dat wij moeten loslaten en terzelfdertijd het hevig verlangen naar iets dat er nog niet is en dat wij nog niet kennen. Ouders beleven het als zij hun kinderen het huis zien uittrekken om op eigen benen te staan. Zij hopen hen terug te vinden, op een andere manier. Maar zal dat wel lukken? Is hun liefde zo vindingrijk dat ze zich aanpast aan de nieuwe levenssituatie? Meestal wel, gelukkig! Maar ook het kind dat het nest verlaat, beleeft op dat ogenblik evenzeer een grens-ervaring. Dit ervaarde ikzelf heel scherp op huwelijksreis. Nu ik het moedernest verlaten had, besefte ik pas goed wat ik allemaal achterliet: de liefde van mijn ouders, mijn zussen, de grenzeloze paraatheid van mijn moeder die altijd klaarstond als ik ziek was of problemen had, … Samengebald in 1 moment beleefde ik al deze banden van liefde en werd ik me bewust van hun dierbaarheid, hun waardevol karakter, maar dit nest had ik nu verlaten en hier sta ik nu op de drempel van een nieuw nest dat ikzelf moet uitbouwen. Ik heb dat veilig ouderlijk nest verlaten uit liefde voor mijn man. Maar is die liefde wel sterk genoeg om hetzelfde uit te bouwen wat ik van thuis uit meekreeg? Zal het me lukken? Hoe? Twijfels overmanden me. Ik verliet het zekere en dook in het onzekere.

Ongetwijfeld heeft ieder van ons dergelijke grens-ervaringen meegemaakt. Ook een rouwproces is zo’n grens-ervaring waar we in volheid beseffen wat de overledene voor ons betekende, welke leegte hij achterlaat. Dierbare herinneringen wellen op in 1 moment, en dan begint de lange weg tot verwerking, de zoektocht naar een nieuwe band met de overledene, een proces dat jaren kan duren eer het Pasen of Pinksteren wordt: het moment waarop hij een nieuwe zinvolle band met de overledene ontdekt.

Toen ik in zo’n stemming de teksten van deze zondag doornam, viel mij op dat er in deze lezingen gebeden wordt. Johannes schildert voor ons een Jezus die bidt. Dat komt niet zoveel voor in de evangelies. Meestal wordt er gezegd dat Jezus zich terugtrok om te bidden, maar niet hoe hij bidt of wat hij zegt. Maar hier horen we Jezus zelf bidden. En dat vind ik heel krachtig. Luisteren we nu naar het evangelie van Johannes.

EVANGELIE volgens Johannes: hfst. 17, vs. 1-11 plus vs. 21

BEZINNING na het EVANGELIE

Uit dit bidden van Jezus spreekt een enorme intimiteit. Een intimiteit tussen Jezus en de Vader. Ze staan wel heel dicht, de Zoon en de Vader. Zo dicht dat je zou kunnen zeggen dat Jezus sprekend op zijn Vader gelijkt. Dat is herkenbaar in ons eigen leven. Eerst zijn we als kinderen afhankelijk van onze ouders, dan komt er een tijd dat we ons tegen hen afzetten maar met ouder worden gaan we ontdekken dat ze ons eigenlijk veel waard zijn en dat we willens nillens veel trekken van hen in onszelf herkennen. Als mensen veel van elkaar houden, dan gaan ze op elkaar gelijken. Zoiets moeten we ons voorstellen over die band tussen Jezus en zijn Vader. Ze zijn helemaal doordrongen van de liefde voor elkaar. Ze willen elkaar het beste, het diepste geven van zichzelf. Ze schenken zich helemaal weg aan elkaar. Ik denk dat de intimiteit in dit evangelie die me zo raakte, precies hierin ligt. Er is een voortdurende beweging over en weer van de één naar de ander : ``Alles wat van Mij is, is van u en alles wat van u is, is van Mij’’.  Zozeer heeft de Vader Jezus lief dat Hij Hem zijn heerlijkheid geschonken heeft. Zozeer heeft Jezus de Vader lief, dat Hij voor ons de toegang tot de Vader is. Zo sterk is die band van liefde, dat die liefde een aanbod is geworden van de Vader door Jezus aan alle mensen.

En als er dan zo’n sterke band van liefde is, dan kan het niet anders dan dat die liefde uitdijt als een olievlek op het water. Dat zie je onder de mensen : als twee mensen elkaar heel graag zien, dan straalt dat af op anderen, dan willen zij dat met anderen gaan delen. En dat is wat wij in het evangelie zien gebeuren. Wij, mensen, wij worden meegetrokken in die intimiteit tussen Jezus en de Vader. Wij blijven er niet buiten staan. Wij worden deelgenoot gemaakt van die intimiteit tussen Vader en Zoon. Jezus bidt voor ons. Hij bidt voor allen die in Hem zijn gaan geloven. Hij bidt dus ook voor ons.  En Hij bidt dat wij in die liefde die is tussen Hem en zijn Vader mogen zijn. “Dat ook zij in ons mogen zijn”.

Dit brengt me bij wat ik de kern van mijn gebed noem. Bidden is voor mij gaan staan in Gods tegenwoordigheid en iets voelen van die Liefde tussen Vader en Zoon, waarin ik me geborgen weet. Het zijn  niet de woorden die over mijn lippen komen, noch de wijsheid die ik mijn pand heb, maar de manier waarop ik in Gods tegenwoordigheid sta die de echtheid van mijn gebed bepalen: zoals ik ben, in al mijn gebrokenheid, in mijn kleinheid. In dit gebed ben ik in waarheid met mezelf en word ik me bewust dat God me bewoont in mijn diepste kern, dat ik daar mag wonen in die gratuite liefde tussen Vader en Zoon. Zo’n gebed, zo’n liefde brandt in mij om net als Jezus uit te stromen naar anderen.

Zo vormt het gebed ons om tot een andere mens, brengt ons tot God maar ook tot elkaar als één grote familie. ``Dat allen één mogen zijn’’, bidt Jezus. Maar wat zegt eenheid ons, mensen van goede wil, maar die er ook niet zoveel van terechtbrengen ? Wat betekent eenheid in een verscheurde wereld, waar mensen beter de taal van de wapens dan de taal van de liefde verstaan? Zo is het. Wij treuren erom. Maar Jezus kent onze gebrokenheid en het hoopvolle is dat hij dit gebed doet met gebroken mensen voor ogen. Want de woorden van het evangelie spreekt Jezus uit, terwijl hij aan tafel zit met zijn vrienden en zij voor het laatst samen gegeten hebben. En Jezus weet dat één van zijn intieme vrienden hem zal verraden. En Jezus weet ook dat een andere intieme vriend hem driemaal zal verloochenen vóór het kraaien van de haan. En met dit weten, aan de vooravond van zijn lijden en sterven, laat hij ons dit gebed na, als een testament, als de samenvatting van zijn leven, als dat wat wij absoluut niet mogen vergeten. Jezus is in de wereld gekomen opdat de liefde waarmee Hij de Vader heeft liefgehad in ons moge zijn.

Daartoe zendt Hij ons de Geest, die ons deelgenoot maakt van die liefde. Het gebed van Jezus nodigt ons uit om meer intens te gaan verlangen naar die liefde en te bidden dat de Geest komen mag en ons mag sterken in geloof en aanvuren in liefde. Dan zal dat gevoel van leegte in deze tijd tussen Hemelvaart en Pinksteren veranderen in een biddend verlangen naar de Geest.

LIED: Hier in stilte verzameld, … (lied 643)

BEZINNINGSMUZIEK: Adagio in Sol mineur van Tomaso Albinoni

COMMUNIELIED :  Zoals ikzelf gezonden  ben, zo moet ook Gij …

BEZINNING na de COMMUNIE: Moederdag

Vandaag vieren we alle moeders. Hoe houden zij het uit? Elke dag voor man en kinderen de helpende hand zijn … vanuit een grenzeloze inzet? Vanwaar komt deze energie? Wat is hun geheim? Het geheim, dunkt me, schuilt in hun liefdevolle overgave, die de last van het moeten doen van elke taak ombuigt in een mogen doen … uit liefde voor elkaar. Zo brengen zij elk in hun gezin de hemel iets dichterbij.

GEBED tot MOEDER:      "Moederdag" (uit: Iny Driessen, Even stil – bidden met kinderen)

------