------
 
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
------




Viering van 13 november 2005

“Waarom wij die met weinigen bezitten
wat allen toebehoort, uw woord niet doen” (Oosterhuis)

Wouter Vandenhole

Openingslied: "Dan komt de dag" (520)

Belofte

Ik ken de cijfers wel, en toch bezorgen ze me telkens weer kippevel, en tegelijk een opstandig gevoel: jaarlijks komen meer dan 850 miljoen mensen om van honger (en dat cijfer stijgt elk jaar), elke dag sterven 17 000 kinderen de hongerdood, honderden miljoenen kinderen hebben niet voldoende voedsel om een menswaardig leven te leiden…

Op talloze internationale conferenties zijn slotverklaringen en actieplannen aangenomen voor de gelijke behandeling van vrouwen, toegang tot onderwijs voor iedereen, bestrijding van HIV/AIDS. In 2000 zijn al die dure beloften samengebracht, weliswaar hier en daar afgezwakt, in één document: de millenniumverklaring. Daarin hebben de wereldleiders van de meeste landen in noord en zuid onder meer acht millenniumontwikkelingsdoelstellingen aangenomen:

1. extreme armoede en honger uitbannen
2. universeel basisonderwijs
3. gelijke kansen voor mannen en vrouwen ; mondig maken van vrouwen bevorderen
4. kindersterfte verminderen
5. gezondheid van moeders verbeteren
6. bestrijding van aids, malaria en andere ziekten
7. de duurzaamheid van het milieu waarborgen
8. wereldwijd partnerschap voor ontwikkeling uitbouwen

We weten allemaal hoe we ons bij de neus genomen voelen, en gekwetst soms, als gemaakte beloften gebroken worden. Hoe moeten de armen in Zuiden zich dan voelen, die keer op keer de beloften op minimale menselijke waardigheid moeten aanhoren, om telkens opnieuw bedrogen uit te komen? En bij hen gaat het niet zozeer om gekrenkte trots of ontgoocheling, maar is het meer dan eens een zaak op leven en dood.

Daarom hebben de Vlaamse ontwikkelingsngo’s, 11.11.11 op kop, besloten dat er de komende 10 jaar druk moet uitgeoefend worden om minstens de beloften uit de millenniumverklaring na te komen. Onder de slogan ‘de tijd loopt’ wordt niet in de eerste plaats beroep gedaan op op onze caritas, onze vrijgevigheid, maar op het nakomen van gedane beloften door de politieke leiders, en op onze steun daartoe.

Met de wereldgroep van Filosofenfontein willen we ons aansluiten bij deze breed gedragen campagne, en gedurende de komende jaren u uitnodigen om stil te staan bij de millenniumontwikkelingsdoelstellingen. Het inlossen van de gemaakte beloften, de realisatie van de millenniumdoelstellingen tegen 2015, is een stap in de goede richting naar wat meer mondiale gerechtigheid.

Gebed

Gij die in tranen de wereld ziet,
de minsten het meest bedreigd.

Wij bidden u
dat wij tot inkeer komen
en bereid zijn mee te werken
aan een andere wereldorde
waarin niet langer het recht van de sterkste regeert.

Dat onze ogen opengaan
voor die flitsen van een nieuwe aarde
die ook te zien zijn
als wij goed zien;
dat wij ons niet laten intimideren
door wie de macht hebben,
nu nog wel, maar ooit niet meer.
(naar Huub Oosterhuis, zien soms even)

Lied 612: “Stem als een zee van mensen”

Geweten

Belofte maakt schuld. Zoveel is duidelijk. Zeker in zaken op leven en dood. Maar volstaat het dat de gemaakte beloften nagekomen worden? Volstaat het als extreme armoede tegen 2015 met de helft verminderd is? Als niet langer meer dan 1 miljard, maar ‘slechts’ 500 miljoen in extreme armoede leven?

Schreeuwt de stem van ons geweten niet om méér, om fundamentele rechtvaardigheid? Zijn we vanuit moreel oogpunt niet verplicht verder te gaan dan de vervulling van gemaakte beloften? Heeft niet elke mens recht op een menswaardig bestaan, voldoende eten, een dak boven het hoofd, toegang tot onderwijs, basisgezondheidszorg? Is een ongelijke verdeling, en niet zozeer schaarste, als de oorzaak van voortdurende armoede, geen affront aan ons geweten? Kunnen we, mogen we, vanuit moreel oogpunt, berusten in die ongelijke verdeling, als een onvermijdelijke gegevenheid die er nu eenmaal is?

Geloof

Is er een bijbelse oproep tot verdelende rechtvaardigheid, tot breken en delen wereldwijd? Voegt de christelijke traditie, nog iets aan toe aan de stem van ons geweten? Gaat er iets extra uit van een gelovig appèl tot mondiale gerechtigheid? Oosterhuis verwoordt het zo: « Wees toch volmaakt zoals je God en vader, eén groot verlangen naar gerechtigheid.»

Aan de hand van het verhaal van de broodvermenigvuldiging willen de vraag verkennen naar de toegevoegde waarde van een gelovig perspectief. We beluisteren het verhaal tweemaal, schijnbaar in twee slechts licht van elkaar verschillende versies. In feite verschillen de twee verhalen echter fundamenteel van elkaar.

Lezing: Mc. 6, 34-44 en Mc. 8, 1-10

Lied 642: “Wij zoeken U”

Duiding

U hebt de verschillen tussen beide verhalen ongetwijfeld allemaal bemerkt. Tweemaal het zelfde verhaal van mensen die naar Jezus luisteren tot de avond, en waarbij dan de vraag rijst: kunnen we die mensen zonder eten naar huis laten gaan? Maar de getallen in beide verhalen van de broodvermenigvuldiging verschillen: in het eerste verhaal gaat het om vijf broden, vijfduizend mensen eten mee, en er blijven twaalf korven over. In het tweede verhaal is er sprake van zeven broden, eten vierduizend mensen mee, en blijven er zeven korven over.

Hoe moeten we die twee versies van het zelfde verhaal, zo kort op elkaar, begrijpen? Zat Marcus zonder inspiratie? En hoe moeten we die verschillende getallen begrijpen? Was Marcus zo een slordig evangelist, dat hij geen aandacht had voor de interne consistentie van zijn geschriften?

Getallen in de bijbel dienen niet zozeer om te rekenen, maar om een diepere boodschap te brengen. Het spelen met getallen is een sleutel om de ware betekenis van de verhalen beter te begrijpen. In het eerste verhaal wijzen vijf en twaalf op een uitsluitend joodse doelgroep. Vijf herinnert onder meer aan de vijf boeken van de Tora in de joodse bijbel. Die Tora was aan Israël gegeven om het volk de weg te wijzen in de woestijn, de weg naar huis. Vijf is het getal van Gods woord, als richtingwijzer naar toekomstig heil: mensen als elkaars broer en zus, niet meer verdeeld, niet langer zwervend onderweg. Twaalf doet denken aan de twaalf stammen van Israël. Twaalf staat voor het gehele volk Israël. In het eerste verhaal geeft Jezus ook die merkwaardige opdracht om te gaan zitten in groepen van honderd en vijftig. Die getallen roepen de ordening op van het volk Israël in groepen van 100 en 50. De boodschap is duidelijk: de vijfduizend die mogen eten uit Jezus’ hand vertegenwoordigen het eigen volk, Israël, de kerk-binnen-de-muren. Dankzij Jezus is er overvloed voor het eigen volk.

In het tweede verhaal worden geen vijf maar zeven broden verdeeld, en worden geen vijf- maar vierduizend mensen gevoed. Er blijven ook geen twaalf manden over, maar zeven. Betekent dat dat Jezus’ toverkracht is afgenomen? Of vertelt het spel der getallen ons een diepere boodschap? Zeven is in de joodse getallensymboliek het getal van de volledigheid, het geheel, het totaal. Alles wat volledig is, is zeven: 7 scheppingsdagen, 7 gaven van de Geest, zeven werken van barmhartigheid, zeven sacramenten, … Zeven of zeventig staat ook voor de volkeren om Israël heen. De spijziging met de zeven broden is dus voor hen bedoeld. En vier staat in de bijbel nogal eens voor heel de bewoonde aarde. Vier staat dus voor de vier windstreken.

De twee schijnbaar sterk gelijkende verhalen van de broodvermenigvuldiging vertolken dus de fundamentele boodschap dat het heil niet alleen aan Israël geschonken is, maar zich moet verspreiden over de vier windstreken. In de mate dat mensen mee die heilsgeschiedenis maken, betekent het dat we niet alleen bekommerd moeten zijn om het eigen volk, maar dat onze solidariteit en gelovige verantwoordelijkheid zich uitstrekt tot alle mensen.

Die solidariteit beperkt zich trouwens niet tot het grootmoedig laten genieten door anderen van de kruimels die van onze tafel vallen. Niet de kruimels, maar het brood wordt gedeeld. We worden aangepord om ons wereldwijd delen niet te beperken tot wat we teveel hebben, maar om open te staan voor een wereldwijde herverdeling, waarbij iedereen recht gedaan wordt. Dat kan ons wel eens van ons stuk brengen, zoals dat ook bij de leerlingen gebeurt. Er is lichte paniek: is er wel genoeg? komen we zelf niet te kort?

Het evangelie levert ongezouten kritiek op de angst van de delers. Je wordt zo hebberig als je je door angst laat leiden. Je wordt blind als je niet kijkt naar de echte broodnoot van mensen. Het evangelie versterkt zodoende het moreel appèl tot mondiale verdelende rechtvaardigheid. We kunnen nooit helemaal gerust zijn, zolang mensen niet kunnen leven in menselijke waardigheid. Ons geloof is zo een bron van rusteloze gedrevenheid voor meer rechtvaardigheid.

Maar tegelijk kan het ook iets geruststellends hebben, omdat het ons een bereikbaar ideaal voorhoudt: de aarde heeft genoeg voor ieders nood. We hoeven niet te panikeren dat er niet genoeg voor onszelf zal zijn. We zullen niet te kort komen. Als we willen delen wat we hebben, komen dromen uit, worden visioenen waar.

We luisteren nu naar een lied van Oosterhuis: wat in stilte bloeit: de tafel der armen

Wat in stilte bloeit, in de luwte van tuinen
Onder de hete zon, op de akker,
Heeft Hij bestemd voor de tafel der armen.

Aardekracht, zonkracht is Hij, licht in leven,
Dat wij elkaar verblijden en doen leven,
Brood van genade worden, wijn van eeuwig leven.

Maar die niets hebben, wie zal hen hieraan deel geven?
En die in weelde zwelgen en van niets weten,
Wie zal hen naar gerechtigheid doen verlangen?

Aanschijn der aarde, wie zal jou vernieuwen?
Hij die alles zal zijn in allen, heeft ons bestemd
Om, aarde, jouw aanschijn te vernieuwen.

Tafelgebed

Muziek tijdens communie: Bach Cantate (nr. 1)

Lied na Commmunie: Dat wij als wachters (313, strofen 1-2-3)

Terugblik (André)

De Wereldgroep van Filosofenfontein heeft de laatste jaren af en toe aandacht gevraagd voor duurzame ontwikkeling en voor wat de 'ecologische voetafdruk' genoemd wordt. Deze voetafdruk, van landen of personen, is een beeld en een maatstaf om uit te drukken hoeveel een land, gezin of persoon inneemt van de middelen die de aarde te bieden heeft: water, lucht, leefruimte, energie, grondstoffen... Deze middelen zijn niet oneindig beschikbaar en zijn ook zeer ongelijk verdeeld over landen en volkeren en mensen. Onze ecologische voetafdruk moet dus rekening houden met de draagkracht van de aarde (met duurzame ontwikkeling) en met de voetafdruk van 'de anderen'. Persoonlijke levensstijl en solidariteit hebben dus veel te maken met onze ecologische voetafdruk. Het is daarom dat de Wereldgroep in deze kapelgemeenschap hiervoor af en toe aandacht gevraagd heeft, via concrete tips, een viering en enkele voordrachten. Misschien wat te discreet, we zijn er zeker niet met vuile voeten doorgegaan.Het  project dat we de laatste drie jaren gesteund hebben en dat bij ons thema aansloot, was met Guaraní gemeenschappen in Bolivia. Deze achtergestelde Indiaanse gemeenschappen strijden voor erkenning van hun rechten op grond en voor de kwaliteit van een leefmilieu dat fel te lijden heeft onder de weinig respectvolle praktijken van de petroleummaatschappijen. We zullen U binnenkort een schriftelijk relaas bezorgen van de huidige situatie en van wat er in de loop van deze drie jaren veranderd is. Bij die gelegenheid krijgt U de cijfers over de financiële steun die hier op Filosofenfontein bijeengebracht werd.      

Zegen en Zending

De kinderen hebben deze keer ook mandarijntjes naar het altaar gebracht. Die vruchtjes zijn er haast vanzelfsprekend op gericht om verdeeld te worden…

Moet je eens zien
Hoe zo’n vruchtje
Van binnen helemaal
Door de natuur is klaargemaakt
Om zich te verdelen en mededeelzaam te zijn.
Alleen moet eerst
De dikke schil eraf
Aan de buitenkant,
En dat doet pijn…

Zo is het ook
Met elke mens.

Eigenlijk zit elke mens
Vanbinnen klaar
Om te delen en zich weg te geven
En zo voedzaam en deugddoend te zijn
Voor ieder andere.
Alleen – er groeit soms
Zo’n dikke korst om ons hart
Van angst en onbegrip
Dat het er meestal niet van komt.

Laat de natuur dus maar
Een keer haar eigen gang gaan.
Neem zo’n vruchtje, haal de schil eraf
En deel het met een ander. Smakelijk!

Muziek: paasoratorium Bach

------