29 april 2007 : 4de Zondag na Pasen.
Ik en de Vader, Wij zijn één.
Lut Lemmens
Openingslied 417: “Die
mij droeg op adelaarsvleugels”
Kruisteken en welkom
Openingsgebed
Maken we het stil in
onszelf
Zodat we kunnen loslaten wat ons verhindert om bewust aanwezig
te zijn
Openen we ons hart en treden we in verbondenheid met mekaar
Zuiveren we onze gedachten zodat onze geest ontvankelijk
wordt
voor gods woord
Dat de sluiers die ons hart en ons verstand verdichten opgelicht
worden
zodat we de weg die jezus ging beter zien en van harte navolgen
Dat we volstromen met licht en liefde
En aanwezig zijn vanuit onze goddelijke kern
Dat vragen we in verbondenheid met jezus die ons voorging
In verbondenheid met de Vader
Lied 649: “Kom in mij”
In het evangelie van vandaag
horen we Jezus het beeld van de goede herder en zijn schapen
gebruiken, gelinkt aan zijn verbondenheid met de vader. Stilstaand
bij het beeld van de goede herder enerzijds en de kudde schapen
anderzijds, voelde ik me in eerste instantie weinig geappeleerd
omdat ik me er bewust van werd dat het beeld van de kudde
voor mij ook de associatie met ‘kuddegeest’ inhield en dus
te maken had met volgzaamheid, onvrijheid, gehoorzaamheid
en onbewustheid. Allemaal zaken waar ik me niet meer kan
mee identificeren en daardoor miste ik de clou van de zaak
: het absolute vertrouwen in en toevertrouwen van de schapen
aan de herder, de onvoorwaardelijke zorg en liefde van de
herder, de vertrouwdheid tussen beiden, het mekaar door en
door kennen en aanvoelen zonder oordeel of verwachtingen,
de onlosmakelijke verbondenheid tussen hen die levengevend
is en symbool staat voor de relatie tussen jezus en zijn volgelingen,
-toen en nu.
Dit is meteen een prachtige illustratie van hoe mijn manier
van denken en kijken kan verbinden of verdelen.
Luisteren we nu naar het evangelie zoals opgeschreven door
Johannes. Het is vooral de laatste zin die me getroffen heeft
en me inspireerde bij mijn voorbereiding.
Evangelie joh 10, 27-30
uit de kinderbijbel
Acclamatie: refrein
636 “Mogen allen één zijn”
De dag
nadat ik de lezingen voor de eerste keer had doorgenomen,
was ik zoals gewoonlijk heel alert voor tekenen uit het dagelijks
leven om de inhoud van het thema concrete vorm te kunnen geven.
En zo gebeurde het de volgende morgen toen ik met de fiets
onderweg was naar mijn praktijk. In het langsrijden hier
aan filosofenfontein zag ik van ver René, de tuinman met wie
ik een paar weken eerder voor het eerst een paar woorden gewisseld
had over de schoonheid van de lentepracht hier in de tuin.
Tot mijn vreugde en verbazing zwaaide hij naar me waaarop
ik even vriendelijk terug groette. Dit teken van herkenning
en contact illustreerde voor mij het thema van de verbondenheid
uit het evangelie en gaf me mee daardoor een warm gevoel dat
ruimer was dan die op het eerste zicht alledaagse groet en
deze optilde naar een groter gevoel van verbondenheid met
heel deze lieve gemeenschap en ruimer dan dat met een gevoel
van verbondenheid tout court en tot een sacraal moment werd.
Een paar honderd meter verder
kruiste ik een jonge vader met zijn peuter die voor hem op
de fiets zat. De peuter leunde gezellig naar achter en was
één en al oor voor de papa die hem geanimeerd aan ’t toespreken
was. Voor mij leken ze één, beiden met mekaar verbonden in
liefde en harmonie; voor mij opnieuw een kadotje ter illustratie
van de laatste zin uit het evangelie ‘Ik en de Vader wij zijn
één.’
En dan de kers op de taart : tijdens de eerste sessie die
dag werd ik ontroerd door een vrouw van middelbare leeftijd
die vertelde over haar verbondenheid met de natuur. Haar
observatie tijdens het ophangen van de was van een vogeltje
dat zijn nest aan ’t bouwen was en in gesprek leek met het
vrouwtje en de kleintjes, haar werk in de tuin in dankbare
verbondenheid met de aarde en met de schepper, haar uurtje
’s avonds mijmerend en genietend in de veranda of de tuin
terwijl manlief en kinderen voor tv zitten, sacrale momenten
en voedsel voor haar eigen rust en evenwicht.
Dit alles verwarmde mijn hart en vervulde me met een gevoel
dat de laatste maanden steeds sterker wordt : een verbondenheid
met en dank zij velen door wie ik me gedragen en geliefd voel,
met de aarde, met de engelen, met heel de schepping en daardoor
heen met de Bron van alles, noem het God.
De weg daartoe is voor mij de weg die Jezus me toonde : groeien
in onvoorwaardelijke liefde en bewustzijn en eerlijk zoeken
naar de waarheid. Maar ook de inzichten uit het boedhisme
en de leringen van osho geven me enorm veel inzicht in de
destructieve en verdelende kracht van vooroordelen en veronderstellingen,
van angst en vastgeroeste patronen en overtuigingen enerzijds
en de helende kracht van liefde en mededogen anderzijds én
de genezende kracht van de aarde Alles in de natuur spreekt
van eenheid, betrokkenheid, evenwicht, uitwisseling, continuiteit,
transformatie, voeding en genezing. Met veel liefde en bewustzijn
dagdagelijks die confrontatie met mezelf aangaan werkt helend
en bevrijdend .
En dan ervaar ik steeds duidelijker wat jezus
bedoelt als hij zegt ik en de vader wij zijn een. En dan weet
ik dat ook dat voor elk van ons de opdracht is: de sluier
rond onze goddelijke kern oplichten door groei in liefde en
bewustzijn om verbonden met het Al meer en meer te worden
wie we in wezen zijn : kinderen van licht en liefde, stralend
voor Gods aangezicht.
En dan sluiten we deze woorddienst af met een gedicht van
Hans Stolp uit de 7 stappen naar wijsheid en vrede
Liefde is vertrouwen
en hopen,
zelfs in het diepste donker.
Liefde is de ander vrijlaten
En zichzelf laten zijn.
Liefde is loslaten en pijn,
Wanneer het voor de ander
Beter is een eigen weg te gaan.
Liefde is doen wat goed is voor de ander.
Liefde is kijken met verwondering.
Want liefde ziet het goede
En niet het kwade in de ander.
Zij ziet in ieder mens een kind van God.
Liefde heeft een eindeloos geduld,
Want zij weet dat de zachte krachten
Het zullen winnen op aarde.
Zij verliest nooit de hoop.
Liefde is God.
Want uit God werd zij geboren
En tot God brengt zij alles wat leeft.
Wie de liefde leeft, leeft God.
Aanbrengen offergaven
: mantra voor eenheid en bewustzijn
" Om namo baghavate vasudevaya"
Groot dankgebed gezongen:
“Wees hier aanwezig in uw woord”
Onze vader ;
kinderen in kring rond het altaar; Volwassenen geven mekaar
de hand en maken één lange ketting verbonden met de kring
van kinderen
Na de communie: ‘Dat
ik de naam mag zijn van jouw verlangen’
Slotlied 520: “Dan komt
de dag”
|