------
 
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
------




31 augustus 2008: 22° zondag (2008)

Zijn kruis aanvaarden?

Marcel Braekers

Openingszang nr. 1: “Heerlijk is het te loven de Heer”

Gebed

Schep in ons een zuiver hart,
Dat zich laat voeden door uw liefde,
Dat daarom van mensen houdt,
Hen erkent en altijd recht doet.

Schep in ons een zuiver hart,
Dat U zien mag ondanks alle vragen,
Alle wolken van verdriet.

Schep in ons een zuiver hart,
Dat de vreugde om het leven voluit viert,
Dat zich opent voor uw zegen.

Schep in ons een zuiver hart,
Dat verkiest wat goed en recht is,
Dat U heiligt alle dagen.                          (S. de Vries)


Inleiding

Ik wil deze woorddienst beginnen met u uit te nodigen om samen een stukje muziek te beluisteren: het begin van het Stabat Mater van Pergolesi. De zang is een duet gezongen door een sopraan en een contratenor. Een vrouw en een man, die onder het kruis staande hun verdriet uitzingen om Maria die haar zoon is gevolgd tot in Jeruzalem, tot bij het kruis. Straks zal ik uitleggen waarom ik deze keuze maakte.

Stabat Mater van Pergolesi

Verklaring

Ooit voerden we met het Libra-koor waarin ik meezong dit mooie muziekstuk uit. Twee bijzonder getalenteerde solisten zongen deze openingszang. Tijdens de repetitie stond de dirigent naast mij en vroeg m wat ik van de uitvoering vond. Ik zei dat ik dat ik het een ontroerende vertolking vond, maar dat de zang van de sopraan mij als veel meer innerlijk doorleefd over kwam. ‘Merkwaardig, repliceerde hij, enkele maanden geleden verloor deze vrouw haar moeder.’ Misschien stond deze vrouw helemaal in haar verdriet en verwerkte ze dit tijdens haar vertolking, wat voor mij een extra dimensie aan de muziek gaf.

Dit Stabat Mater bezingt de gemoedstoestand van Maria die haar zoon van Galilea tot in Jeruzalem is gevolgd, beseffend dat Hij in groot gevaar zou terecht komen. De grootheid van de muziek zit voor mij in die mengeling van verdriet en van vertrouwvolle overgave aan God. Maria volgt haar zoon vanuit haar liefde als moeder, maar ook vanuit geloof in zijn zending.

De vraag die ik mij daarbij stel is: of je een proces van lijden en loutering moet doormaken om tot echte volgeling te worden? Of je maar de diepte van Jezus’ boodschap en leven begint te begrijpen als je zelf een proces van aanvaarden van zijn kruis hebt doorgemaakt?
Luisteren we nu naar de tekst uit het evangelie.

Matteüs 16, 21 – 28

Lied 635: “Wie zijn leven niet wil geven”

Homilie

Sta mij toe eerst nog enkele details in de tekst wat scherper te maken.
Er staat: “Jezus begon zijn leerlingen duidelijk te maken dat hij naar Jeruzalem moest gaan.” In het Grieks staat dat vreemde woordje Dei. Vrij vertaald betekent het: ‘het kon niet anders’ ‘het was onafwendbaar’. Zo wordt ons in één woord de definitieve wending van deze geschiedenis verhelderd. Jezus zoekt het lijden niet op, er is geen sprake van een vreemd soort lijdensmystiek. Het gaat om iets dat onafwendbaar, onvermijdelijk werd. De afstand of de botsing tussen wat Jezus voor ogen had en de officiële godsdienst was te groot geworden.

Als Jezus zijn leerlingen betrekt in wat Hij voorziet dat gebeuren zal, reageert Petrus heftig: ”God verhoede het, Heer. Dat zal niet gebeuren.” Sommigen vertalen dit als: “God zal u (zeker) behoeden.” Daarmee verwijzend naar de tweede bekoring waar de duivel tegen Jezus zegt: ‘Gooi je maar van de tinnen van de tempel, want engelen zullen je opvangen.’ Ook daar reageert Jezus tegen een houding van vermetel vertrouwen, zeg maar, een dwaas en blind vertrouwen dat je niets kan overkomen. Wat moet gebeuren, moet gebeuren, dat maken we allemaal in ons leven mee.

Daarmee heb ik reeds een eerste sleutel om die raadselachtig spreuk te begrijpen: “Wie achter mij aan wil komen, moet zichzelf verloochenen, zijn kruis op zich nemen en mij volgen.” Voor Jezus betekende dat op dat moment: het onvermijdelijke, het onafwendbare op zich nemen in het besef dat Hem dit het leven zou kunnen kosten. Voortaan geldt dit ook voor elke volgeling van Jezus: accepteren dat velen je keuze voor deze boodschap belachelijk zullen vinden en misschien wel de spot met je kunnen drijven. Het betekent ook: accepteren dat alles wat ons overkomt door God niet zomaar in een goede richting zal omgebogen worden. God komt niet zomaar als een tovenaar ziekte, lijden en verdriet afwenden. Wel heeft Hij in Jezus getoond dat Hij tot in de diepste verlatenheid en de grootste onmacht aanwezig is en dat dit voor ons een bijzondere kracht kan zijn. Ik noem dit de passieve invulling van dit woord ‘zijn kruis opnemen’.

Maar er is ook nog een actieve invulling en daarvan geeft Jezus ons een bijzonder voorbeeld: je kruis opnemen heeft dan te maken met de bewuste keuzes die je maakt. Jezus kiest voor een God, die aan de kant van de armen staat. Hij kiest voor een Gods-dienst die niemand wil uitsluiten, die mensen niet beschuldigt, die vertrekt vanuit een diep vertrouwen in de goede wil van mensen en de onvoorwaardelijke liefde van God. Dat alles is een actieve invulling van zijn kruis opnemen en navolgen. En dus komt ook naar ons de vraag welke keuzen wij maken: maatschappelijk, religieus, ethisch, persoonlijk. Zijn we daarbij bereid om ook de consequenties daarvan op ons te nemen zoals Jezus deed of zoals Maria deed?

Zijn kruis opnemen, zichzelf verloochenen en Jezus volgen voltrekt zich op twee niveaus. Passief als het aanvaarden dat ons leven zijn eigen kruis, zijn eigen zwaarte heeft waaraan we niet kunnen ontkomen, en dat God dit niet zomaar kan wegnemen. Wel dat Hij aanwezig is met heel zijn liefde in het louteringsproces dat we moeten doormaken. Zijn kruis opnemen betekent actief dat ik keuzes durf maken, die niet voor de hand liggen, die een stuk prijs geven van een aangenaam leven betekenen. Pas als we dat alles helemaal vrijwillig opnemen gaan we van binnenuit ervaren wat het betekent leerling van Jezus zijn.

Groot dankgebed 140: “Die naar menselijke gewoonte”

Na de communie 601: “Zoals ik zelf gezonden ben”

------