------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
------




5 oktober 2008 - Vredeszondag:

Laat je telkens opnieuw aanspreken

Geert Craps

Openingslied: 27 “Wees hier aanwezig God, en luister”

Begroeting en kruisteken
Laten we samen zijn in de eenheid van onze God, de vader, zoon en heilige geest.

Inleiding

Vandaag is het Vredeszondag, het einde van de vredesweek. Niet toevallig valt die zondag in de buurt van de gedenkdag van Sint Franciscus, dus aan alle Fransen, Swa's en Siska's: een gezegende naamdag gewenst.

Op de gelijkvloerse verdieping van het gebouw waar ik werk, zit een van onze "paraparlementaire instellingen" zoals we dat zo deftig noemen: het "Vlaams Instituut voor Vrede en Geweldpreventie", het "Vredesinstituut", voor de vrienden. Dat is een groepje van jonge enthousiaste mensen die voor de Vlaamse parlementsleden onderzoek doen over verschillende aspecten van bv. wapenindustrie en wapenhandel, zodat die beleidsmakers daarover verstandige beslissingen kunnen nemen. Een van de interessante onderzoeksrapporten die ze hebben gepubliceerd vorig jaar was het rapport "Vrede in Vlaanderen, Opinies en engagementen van Vlamingen inzake vrede en geweld". Ik wil u op deze vredeszondag daar toch een paar vaststellingen uit meegeven. 1 op de 2 Vlamingen kunnen zo direct geen organisatie noemen die expliciet met vrede bezig is, zegt het onderzoek. Nog een vaststelling: er is een significant verband tussen de mate waarin iemand zegt dat hij religieus is, en zijn mening over de oorlog in Irak. En dat verband zal u verbazen, want wie zegt gelovig te zijn, is gemiddeld meer voor de oorlog in Irak. Nog erger voor mij als gelovige is het volgende: 1 op 3 van de Vlamingen is van oordeel dat religie de diepere oorzaak is van geweldconflicten.

Vlamingen zijn nogal pessimistisch over wat ze zelf kunnen doen aan vrede: 50% vindt vrede eigenlijk een luxethema, 44% denkt dat protesteren of actievoeren niets uithaalt. Nochtans is het potentieel van mensen die iets zou willen doen aan vrede, veel groter: 40% van alle Vlamingen zeggen dat ze willen protesteren tegen geweld en oorlog, als de kans zich voordoet, maar minder dan10% heeft het ooit echt gedaan.

Ik selecteer nu een beetje en er staan ook heel veel positieve dingen in over de opinies over vrede bij de Vlamingen, maar ik vraag met toch af hoe dat komt, dat er wel veel vredeswil is, maar zo weinig bereidheid om uit uw zetel te komen om "iets" te doen. Het is correct dat we overspoeld worden door berichten over oorlog en zinloos geweld. Dat we daar misschien ook wat aan beginnen te wennen. Dat ons dat al wat minder raakt, dat die show wel erg ver van mijn bed is. Ik betrap er mijzelf ook op dat ik berichten over menselijke ellende waarin die ellende goed getoond wordt, ontwijk: ik wil het niet zien, ik vind het te confronterend.

Ik denk dat het evangelie van vandaag ons oproept om volop en zonder om te zien recht te staan, en gewoon te doen wat we denken dat er moet gebeuren. Laten we daarom samen bidden.

Openingsgebed

Lang ver van U
was ik mijzelf een vreemde
Mocht ik u zien,
mocht ik uw stem verstaan
Mocht ik weten wie ik ben,
wat mij te doen staat

Onuitsprekelijke god-van-mensen
is uw Naam
Stem die mij roept 'wie ben je'
is uw naam
Stem die mij roept 'waar is je broeder'
is uw naam.                                           (H. Oosterhuis)

Lied: 6 Hoe is uw naam

Evangelielezing: Mt. 21, 33-43

Luister naar een andere gelijkenis. Er was eens een landheer die een wijngaard aanlegde en hem omheinde. Hij groef er een kuil voor de wijnpers en bouwde een uitkijktoren. Toen verpachtte hij hem aan wijnbouwers en ging op reis. Tegen de tijd van de druivenoogst stuurde hij zijn knechten naar de wijnbouwers om zijn vruchten in ontvangst te nemen. Maar de wijnbouwers grepen de knechten, ze mishandelden er een, doodden een ander en stenigden een derde.  Daarna stuurde de landheer andere knechten, een grotere groep dan eerst, maar met hen deden ze hetzelfde. Tenslotte stuurde hij zijn zoon naar hen toe, met de gedachte: Voor mijn zoon zullen ze wel ontzag hebben. Toen de wijnbouwers de zoon zagen, zeiden ze onder elkaar: 'Dat is de erfgenaam! Kom op, laten we hem doden en zo zijn erfenis opstrijken,'  en ze grepen hem vast, gooiden hem de wijngaard uit en doodden hem.  Wanneer nu de eigenaar van de wijngaard komt, wat moet hij dan met die wijnbouwers doen?’
Ze antwoordden: ‘De onmensen! Laat hij ze op een mensonwaardige manier ombrengen en de wijngaard verpachten aan andere wijnbouwers, die de vruchten wel aan hem afdragen wanneer het daar de tijd voor is.’  Daarop zei Jezus tegen hen: ‘Hebt u dit nooit in de Schriften gelezen:
              'De steen die de bouwers afkeurden
               is de hoeksteen geworden.
               Dankzij de Heer is dit gebeurd,
               wonderbaarlijk is het om te zien.'
Daarom zeg ik u: het koninkrijk van God zal u worden ontnomen, en gegeven worden aan een volk dat het wel vrucht laat dragen.

Duiding

Vorige week heeft Marcel het gehad over het verhaal dat net voor deze parabel staat: dat van de twee zonen in de wijngaard. Hij vertelde toen dat veel verhalen beginnen met "een man had twee zonen", en dat dat iets herkenbaars gaf voor zijn luisteraars. Nu begint Jezus opnieuw over de wijngaard, en de woorden die hij gebruikt moeten, denk ik, opnieuw een serieuze schok hebben gegeven bij zijn publiek (hij is hier de hogepriesters aan het toespreken). Want dat verhaal herkenden ze ook direct. Ik lees u voor wat ik denk dat ze hoorden:

Mijn geliefde had een wijngaard,
gelegen op vruchtbare grond.
Hij bewerkte de grond, haalde de stenen eruit
en plantte een edele druivensoort.
Hij bouwde er een wachttoren,
hakte ook een perskuip uit.
Hij verwachtte veel van zijn wijngaard,

Dit verhaal komt uit Jesaja, en het verhaal eindigt bij Jesaja uiteindelijk ontzettend slecht: de wijngaard brengt alleen zure druiven voort, en de wijngaardenier vernielt de wijngaard. De hogepriesters kenden dat verhaal: ze wisten dat het eigenlijk ging over de ontrouw van het volk van Israël, waardoor God hen liet overspoelen door de Babyloniërs, en zij in ballingschap eindigden: God laat zijn wijngaard aan de wilde beesten over.

Maar in zijn verhaal gaat Jezus een stap verder: in zijn versie worden er wijngaardeniers aangesteld. Werkers die van de vrijheid die ze krijgen, uiteindelijk schromelijk misbruik maken, en er zich geen rekenschap van geven dat de wijngaard eigenlijk niet van hen is.
Ik zie dat bij mijzelf ook wel eens gebeuren, denk ik.
- Je leent een boek van iemand, en uiteindelijk "vergeet" je het terug te geven, het lijkt alsof het van jou is.
- Je wordt verantwoordelijk voor een project, en je wordt er bezitterig van: als iemand (terechte) kritiek op een aspect heeft, ga je in de verdediging,…
- Je trouwt, en je beschouwt het getrouwde leven soms wel eens als een verworvenheid, een bezit; het samenleven als een vanzelfsprekendheid.
- Je krijgt kinderen, en je kunt ze moeilijk loslaten, je loopt het gevaar van ze bezitterig op te voeden…

Die hogepriesters die stonden te luisteren hebben, vrees ik, zichzelf eerst niet herkend in de wijngaardeniers. Want als Jezus vraagt: wat moet er met die ontrouwe wijngaardeniers gebeuren, zeggen ze: die moeten stevig gestraft worden. "Laat hij ze op een mensonwaardige manier ombrengen": dood is niet genoeg, ze moeten eerst nog eens goed afzien.

Ik denk dat in dit verhaal telkens hetzelfde mechanisme op verschillende niveaus speelt. De wijngaardeniers zijn zo gewoon aan het "bezit" van hun wijngaard, dat ze niet meer beseffen dat ze eigenlijk geen eigenaar zijn: ze hebben een "verworven recht". De luisterende hogepriesters zijn zo zeker van zichzelf en hun status, dat ze niet zien dat het over hen gaat, dat zij die wijngaardeniers zijn, en ze spreken vanuit een hautaine rechtsgeleerde positie een verschrikkelijk oordeel uit:

De reactie van Jezus in het verhaal is de roep die, denk ik, altijd uit ons geloof komt. Hij zegt: "Hebt u dit nooit in de Schriften gelezen?" Het is alsof hij zegt: je weet het toch allemaal al, het is toch al duizend keer gezegd en geschreven. 't Is als die ouder die tegen zijn kind zegt: dat is toch niet de eerste keer dat ik je dat vraag?

Ik voel in dat ene zinnetje " hebt u dit nooit in de Schriften gelezen?" een oproep om altijd te blijven toelaten dat we worden geconfronteerd met onze ingeboren zelfgenoegzaamheid. Denk niet te gauw dat je alles verworven hebt, dat uw leven in de sjacoche is. Blijf u openstellen voor de uitdaging van alles wat je ziet en hoort.

Er is zo'n experiment in de sociale psychologie van Solomon Asch waarbij een tiental zogenaamde proefpersonen samen in een lokaal voor een leraar een eenvoudige taak moeten oplossen, en de oplossing hardop zeggen. Eigenlijk is er maar 1 echte proefpersoon, die als de een na laatste moet antwoorden. Al de andere zogenaamde proefpersonen zijn medewerkers en hebben de opdracht gekregen om eenzelfde fout antwoord te geven. Een heel aantal echte proefpersonen gaat mee met de groepsdruk, en geeft het apert foute antwoord…

Misschien is dat ook wat er aan de hand is met de vredesactiebereidheid van de Vlamingen uit mijn inleiding: we blijven liever in onze zetel zitten, en ondertussen vallen er doden. Het is zoals in dat lied dat we zingen: "want God is ver, en oorlog went, en wie verstaat zijn testament?"Nochtans, net zoals in het evangelie kan de vraag klinken: "hebt u dit nooit in de kranten gelezen"? We weten toch hoe de zaak nu loopt en hoe ze eigenlijk in elkaar zou moeten zitten? We weten toch wat ons ideaal is, waar we naartoe moeten? We zijn toch voldoende op de hoogte? Wir haben es gewusst!

Die reacties zijn natuurlijk allemaal heel menselijk. Je ziet inderdaad niet onmiddellijk resultaat van het leven volgens het evangelie, vaak integendeel. Een betoging tegen de oorlog in Irak heeft die oorlog inderdaad niet tegengehouden. Niet kopen van producten die met oneerlijke praktijken zijn gemaakt of verhandeld, verandert de wereldeconomie niet. Maar het woord blijft klinken: gij hebt het toch gehoord, doe het nu maar gewoon, geloof het gerust…

Afsluiting van de woorddienst: Lied 218 "Uit uw verborgenheid"

Tafelgebed (naar 'Voor de gemeente', H. Oosterhuis)

Uw stem heeft ons geroepen, God
uw woord heeft ons gemaakt
Gij hebt ons bij elkaar gekregen,
nietige mensen -
wij mogen nieuwe mensen zijn,
een nieuw begin van hoop en vrede in deze wereld,
Gij hebt uw naam in onze mond,
uw werk in onze handen gelegd.

Refrein

Wij heten uw kerk, een volk onderweg,
wij hebben een geschiedenis, een lang verleden van duisternis en licht
Wij bidden u, open voor ons een nieuwe toekomst,
roep ons weg uit al die rijkdom, al die zekerheden
waarin we veilig en gevangen zijn.
Maak ons arm en onveilig, ontheemd en vrij,
om weer opnieuw uw evangelie te verstaan,
uw zoon te volgen.

Refrein

Wij zijn uw vrede niet in deze wereld,
wij zijn uw heil en genezing niet voor mensen die verdeeld zijn en gebroken
want wij zijn zelf verdeeld, kleingeestig, onverzoenlijk
wij beschamen uw bedoeling en verwarren de wereld.
Gij kunt een begin van eenheid geven:
maak dat wij, die in kampen van elkaar gescheiden zijn
de waanzin daarvan inzien
dat wij niet berusten in de situatie zoals wij die aantreffen
maar denken en doen vanuit uw toekomst
en uit kracht van de belofte dat Gij alles nieuw zult maken
hoe dan ook.

Refrein

Wij weten nog, Heer God,
hoe Jezus van Nazareth over u gesproken heeft
iets van zijn woorden en zijn stem is in ons bewaard gebleven
genoeg om ons te doen vermoeden wie gij zijt.

Daarom zijn wij, door u geroepen en door uw woord geraakt tot hier gekomen.
Daarom stellen wij dit teken van ons geloof,
Daarom breken we dit brood en delen het met wie naast ons is, vriend of vreemde

Daarom verkondigen wij zijn dood tot hij komt
Daarom getuigen wij van zijn leven,
dat hij is opgewekt door u, in u verheerlijkt, in u verborgen.

Refrein

Zoals het brood dat wij delen
was uitgezaaid in de aarde,
en werd samengebracht en een is geworden,
zo breng ons bijeen van heinde en verre,
in het koninkrijk van uw vrede.

Geef dan uw geest
dat wij niet achterblijven, bang en afzijdig
Geef uw geest
dat wij de kansen zien die gij ons geeft om steeds meer mens te worden
Geef uw geest
dat wij bewoonbaar maken wat leeg en onbewoonbaar is
dat wij zinvol en vruchtbaar maken wat nu nog zinloos en onmenselijk is
Geef uw geest
dat wij een nieuwe wereld mogen maken waar liefde woont en geen oorlog is.

Refrein

Onze Vader (172)
Vredeswens
Communie (muziek: Georg Muffat track 33)
Communielied: 301 (str. 1, 3, 5, 6) Om een mens te zijn op aarde

Slotbezinning

Heb geduld met het onopgeloste in het hart,
en probeer de vragen zelf lief te hebben,
als gesloten ruimtes,
als boeken geschreven in een zeer onbekende taal.
Wanneer men die vragen leeft,
leeft men misschien geleidelijk,
zonder het te merken,
op een ongewone dag
binnen het antwoord.
(Reiner Maria Rilke)

Kindernevendienstvoorstelling (Brigitte/Frank)
Zegen: Met vrede gegroet, en gezegend met licht

------