8 maart 2009: 2de zondag van de vasten:
Het heilige als grens en volheid
André Benoit
Inleinding
Reeds op Aswoensdag werd in deze
kapelgemeenschap het symbool geplaatst van de cirkel. De cirkel
die van alle ballast leeggemaakt werd, waarin wij gaan staan als
in de woestijn om in deze leegte te ondervinden wat ons leven waardevol
en echt maakt, om ons diepste ik aan te voelen, de heelheid en de
kringloop, de verbondenheid met de anderen en met alles wat ons
omringt.
Elke zondag plaatsen we in deze cirkel een symbool, geen ballast
om de leegte van een winkelrek te vullen, maar een voorwerp dat
verwijst naar iets dat we als waardevol en fundament van ons diepste
ik erkend hebben. Iets dat ons echte vreugde geeft.
Vorige zondag was dat het regenboogmotief, het kleurrijk beleven
van de trouw van God en zijn Verbond. Vandaag plaatsen we wierook
in onze cirkel. Wierook wordt in onze kerken nog maar weinig gebruikt:
in de uitvaartliturgie en in een zeldzame 'hoogmis met drie heren'.
Maar in het Oosten heeft wierook in vele ceremoniëlen zijn
plaats. Wierook betekent oorspronkelijk 'gewijde rook', rook die
het heilige omkranst en vereert, het heilige oproept en die door
alle aanwezigen ingeademd wordt. Over het heilige zullen we in deze
viering wat mediteren. Moge God ons daarbij helpen, die wij noemen
Vader en Moeder, uitverkoren Zoon en heiligende geest.
Wierook wordt in de cirkel geplaatst
Gebed van de Adivadis
Geest uit de hoge hemel
Moeder Aarde onder onze voeten
Vier hoeken, tien richtingen
De aarde reikt ver, de lucght buigt diep
Planten en bomen, dieren en vogels,
Wouden en heuvels, rivieren en velden,
Ze zijn allemaal door u geschapen
Ze worden allemaal beschermd door u
Geesten van het dorp, geesten van het huis
Onze oudsten, onze voorouders, onze stamvaders,
Jullie maakten het pad, jullie toonden de weg
Wij volgen jullie
Laat er geen dreiging zijn van tijgers,
geen angst voor slangen
op het pad dat we bewandelen
Laat er geen versplintering zijn,
Geen jaloersheid, boosheid en hebzucht onder ons
Eender uit welke richting ze komen
Laat ze terugkeren vanwaar ze kwamen
Het heilige erkennen komt fundamenteel
neer op het erkennen van grenzen. Heilig betekent: overschrijd deze
grenzen niet.Van deze idee van de Indiase Vandana Shiva willen we
in onze meditatie uitgaan. Zij heeft het in haar interview vooral
over de grenzen aan de hebzucht en daarmee samenhangend ook over
het sacrale karakter van onze natuurlijke omgeving waar we niet
gelijk wat mogen mee doen omdat al het geschapene meer is dan iets
met een gebruikswaarde, meer dan een middel voor snelle winst. Zoals
de adivasis vernoemt ook zij 'het heilige woud' dat zegt: vernietig
mij niet, 'de heilige rivier' die zegt doodt mijn water niet, 'het
heilige zaad' dat zegt, ik ben een geschenk van de natuur, zet geen
prijs op mij.
Wij kennen in de omgangstaal ook de speciale uitdrukking 'dat is
heilig', om te verwijzen naar tradities en gewoonten die we niet
willen opgeven: de familiebijeenkomst op de derde zondag van juni
bv. of het volleybalspel de maandagavond (waar alles moet voor wijken),
of de maandelijkse kaartavond met de vrienden. 'Heilig' menen we
hier niet ernstig, maar het woord geeft wel aan dat het ons moeite
zou kosten om dergelijke handelingen te laten, er geen belang meer
aan te hechten, er ons onverschillig over heen te zetten. Maar er
zijn wél manieren van handelen of van denken die we in ernst
'heilig' noemen omdat we er zo diep aan gehecht zijn. Zelfs wanneer
we inzien dat het wellicht rationeler of voordeliger of efficiënter
zou zijn om een houding of praktijk te laten varen, dan nog is er
iets in ons dat zich daar tegen verzet. We vinden dat het te zeer
deel uitmaakt van onszelf.
Een dergelijke houding kunnen we in een veel intensere zin sacraal
noemen wanneer ze betrekking heeft op fundamentele domeinen van
ons leven: de omgang met de medemens, met onze ouders, onze kinderen,
onze kijk op trouw en eerlijkheid en vriendschap, onze overtuigingen
en gedragingen t.o.v. lijden en dood, macht en bezit, rechtvaardigheid,
het appél van de volkeren van het zuiden, de omgang met de
natuur
Al deze domeinen kunnen ons in een sterke zin echt
heilig zijn: we vinden dat men hier niet gelijk wat kan doen of
laten, dat hier grenzen en 'wetten' zijn. Die overschrijden zou
betekenen onszelf te verloochenen en te verminken. Iets kan voor
een mens bv. zo heilig zijn en de grens zo onaantastbaar dat hij
er zijn leven voor op het spel zet (vgl. mensenrechtenactivisten).
Of men deelt nog liever mee in de klappen dan een vriend in moeilijkheden
te verraden.
Vanwaar komt deze gevoeligheid voor het heilige en voor grenzen
in ons? Ik geloof dat we er enerzijds mee geboren of mee 'geschapen'
zijn. Het heilige zit in ons, werd in ons ingeplant en dit laat
ons toe het 'onderweg' te herkennen. Maar het herkennen van het
heilige wordt ons ook aangeleerd en voorgeleefd. (vgl. gebed van
Adivasis: jullie toonden ons de weg
). Zo leerden ook wij in
onze religieuze traditie en via de mensen rondom ons, de gevoeligheid
voor het heilige en het ontzag voor de grenzen die het uittekent.
In deze religieuze traditie zijn de tien geboden een monumentale
richtingaanwijzer op de weg naar het herkennen van wat de mens fundamenteel
als heilig moet benaderen.We
luisteren nu naar een hertaling ervan van Jan De Roeck.
Lezing
Lied
Ik wil als besluit van de woorddienst nog op twee punten wijzen.
De eerbied voor het heilige is niet in alles regelende voorschriften
te vatten. Ook de dekaloog moeten we niet lezen als praktisch handboek.
Maar ze zegt wel: opgelet, als je voor dit soort keuzes staat, denk
eraan dat je hier niet gelijk wat kan doen, maar trouw moet trachten
te blijven aan de richting die ik aangeef. Zie bv de situaties en
personages in de Dekaloog van Kiéslowski: in deze tien filmen
zijn de situaties gecompliceerd, ze zijn niet onder de hoed van
een van "de tien geboden" te vatten. Maar de filmmaker
laat wel aanvoelen dat er in de situaties een fundamentele waarde
-iets heiligs- op het spel staat, iets dat deze mensen aangrijpt.
En ook wanneer ze verkeerd handelen merkt men aan hun gezichten
of houdingen dat ze er in hun diepste menszijn door geraakt worden.
Deze ervaring en herkenning ontstaat eigenlijk in het kontakt met
de andere, dikwijls zelfs met het gezicht van de andere, zoals in
de beelden gesuggereerd wordt.
In onze samenleving hebben veel
zingevingen en normen hun sacraal karakter verloren. Over dit fenomeen
van uitdeinende secularisatie wordt hier op Filosofenfontein volgende
week trouwens een conferentie gegeven. 'Het heilige' speelt geen
rol meer in veel keuzes, in de beoordeling van vele situaties en
in veel van onze praktijken. Dat is een goede zaak wanneer daardoor
manipulatie van onwetendheid, onzekerheid, onmacht en schuldgevoelens
uit de wereld geholpen werden, daar waar vroeger in naam van 'de
godsdienst', veel ten onrechte beweerd en opgelegd werd. Maar secularisatie
als een diffuse sfeer van aanbidding van berekenende en gevoelloze
rationaliteit, van eenzijdige efficiëntie en van grenzenloze
autonomie, als zo goed als totale ontkenning van 'het heilige',
dat lijkt me dodelijk voor de mens en de wereld.
En dit brengt me tot mijn tweede
en laatste punt. Gevoeligheid voor het heilige maakt ons bewust
van grenzen en dit heeft op het eerste gezicht een negatieve klank.
We moeten immers leren afstand doen, ons inhouden, rekening houden
met de andere, met de oproep en de waarschuwing van iets dat onze
eigenmachtigheid te boven gaat. Dit lijkt fel op inleveren. Maar
gevoeligheid voor het heilige laat ons ook van de heiligheid smaken.
Laat ons aanvoelen dat we hierin echt onszelf vinden, dat we hierin
datgene van onszelf kunnen beleven wat ons het dierbaarst is, waar
we het meest om geven, wat we 'voor geen geld' zouden willen verliezen,
datgene wat ons leven doorheen de tijd een zekere heelheid en consistentie
geeft, al datgene wat ons inderdaad heilig is. En wat 'onze jeugd
verblijdt' zoals vroeger bij het begin van de mis elke dag gebeden
werd.
Het heilige erkennen, zegt Vandana Shiva, is taboes erkennen maar
betekent ook het vieren van de overvloed die dan aanwezig komt.
Laten we in deze geest de vastentijd op ons laten inwerken. En in
onze meditatie over het heilige, ook het gezicht zoeken van onderdrukte
volkeren en het aanschijn van de mishandelde aarde.
|