------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
------




30 mei 2010: Goddelijke wijsheid:

Lut Saelens

Introductie

Daar Marcel volop aan het genieten is van een welverdiende vakantie stel ik voor dat we ons bij de aanvang van deze viering laten inspireren door de Geest zodat we allen het beste van onszelf geven om van deze viering ook zonder hem een zinvolle en verrijkende ervaring te maken. Maar laten we ons eerst verbinden met God, met elkaar en met al onze medemensen in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

Lied 140: "Veni Sancte Spiritus"

Lezing

Een kleine bloemlezing uit wijze raad die ik kreeg in de weekendkrant:
“Tijd om jezelf eens goed te verwennen, je hebt het verdiend!…”
“Het appartement met panoramisch gezicht over de vaargeul, jachthaven en zee bezorgt u een oneindig gevoel van vrijheid…”
“Waar je ook van droomt, het begint bij Durabrik.”
“Parkeer je geld in een zekere investering.”
“Met ons is uw pensioen in goede handen.”

Met de verkiezingen in het vooruitzicht verdringen politici zich voor de micro’s van de gretige journalisten om ons hun wijsheid te verkondigen. Intussen lees ik dat op de beurs 24 uur nu al wordt beschouwd als “lange termijn”.

Als ons hoofd door een overvloed aan informatie en zogezegd wijze raad wat te veel begint te tollen kunnen we heel wat wijsheid putten uit de lectuur van het boek Spreuken. Het is één van de meest poëtische boeken uit de bijbel dat trouwens nog heel actueel is. We lezen er vandaag een fragment uit en gaan dan wat verder in op het thema van de Goddelijke wijsheid.
Wijsheid verwerven wij mensen met vallen en opstaan en vaak stoten we ons meerdere keren aan dezelfde steen voor we onze les hebben geleerd.

Voorbeden:

Uit Uw hand
aanvaarden wij het leven.
En met alle vragen,
al wat dwaas en zinloos lijkt,
danken wij U, Vader,
voor het heden,
hier en nu.
Hier wilt Gij
voor ons een God zijn.

Verhinder onze vlucht
om de roes te zoeken
van andere goden
die ten slotte
met lege handen
en lege harten
zullen achterlaten.

Laat ons ook elkaar vasthouden
als de vragen komen
die wij liever ontlopen.
Want ook door het donker heen
zijt Gij de Eeuwige
die niet varen laat
wat zijn hand begon.
Veranker daarom onze dagen
in uw liefde.                              (Sytze de Vries)

We dragen onze menselijke beperktheid op aan God met het lied 315: "Wat ik gewild heb"

Introductie tot de bijbelteksten:

Het boek Spreuken bevat heel wat teksten die aan koning Salomo worden toegeschreven en wordt gerekend tot de wijsheidsliteratuur. Het gaat vooral over praktische wijsheid en levenskunst. In de tekst uit de lezing van vandaag is een vrouwelijke figuur, de Goddelijke wijsheid, aan het woord.
Men zou de figuur van de wijsheid een soort sublimatie van het vrouwelijke kunnen noemen. Dit is merkwaardig daar in de oudere boeken van de bijbel en met name de profetische literatuur maar ook in het boek Spreuken vooral de vreemde vrouw, de verleidster vaak ten tonele komt. Heel wat Israëlieten voelden zich blijkbaar sterk aangetrokken tot vreemde vrouwen die hen, eens ze voor hun charme bezweken waren introduceerden in hun godsdienst en afgodendienst. Zelfs de wijze koning Salomo is bezweken voor deze vreemde vrouwen.

In de eerste lezing krijgt men sterk de indruk dat de Wijsheid hier heel dicht bij de bruid van Jahwe komt . Eerder in het boek Spreuken wordt vrouwe Wijsheid als even verleidelijk voorgesteld als de vreemde vrouwen.
In het evangelie van vandaag lezen we bij Johannes dat Goddelijke Wijsheid slechts kan geopenbaard worden wanneer mensen er klaar voor zijn.

Lezing: Spreuken 8, 22-31

De Heer heeft mij vóór al het andere verworven,
toen hij zijn scheppingswerk begon, schiep hij eerst mij.
Ik ben in het begin gemaakt, nog voor alles er was,
nog voor de aarde vorm kreeg.
Toen er nog geen oceanen waren, werd ik voortgebracht,
nog voor er heuvels waren.
De aarde en de velden had de Heer nog niet geschapen,
geen korrel zand was nog gemaakt.
Ik was erbij toen hj de hemel zijn plaats gaf
en een cirkel om het water trok,
de wolken aan de hemelkoepel plaatste,
de oceanen bruisend op liet wellen,
toen hij aan de zeeën grenzen stelde
het water met zijn woord zijn plaats gaf,
de fundamenten van de aarde legde.
Ik was zijn lieveling,
een bron van vreugde, elke dag opnieuw.
Ik was altijd verheugd in zijn aanwezigheid,
vond vreugde in zijn hele aarde
en was blij met alle mensen.

Lied 393: "In ’t laatste van de dagen"

Evangelie: Joh. 16, 12-15

Muziek

Preek:

In de tekst uit Spreuken (8,22-31), wordt de goddelijke wijsheid voorgesteld als de geliefde van de Schepper, die aan zijn zijde stond vanaf het begin. Merkwaardig dat de Goddelijke Wijsheid als vrouw voorgesteld wordt terwijl elders in de bijbel de mannelijke dominantie vrij duidelijk naar voor komt, zoals dit ook nog vandaag in de Kerk het geval is.
Waar menselijke wijsheid de mens helpt om een zo goed mogelijk leven te leven in deze wereld, gaat het bij goddelijke wijsheid over een ander soort werkelijkheid in een andere dimensie. In Jesaja lezen we: “Mijn plannen zijn niet jullie plannen en jullie wegen zijn niet mijn wegen, spreekt de Heer”. Er is dus een duidelijk verschil.

In “de innerlijke geschriften” van Zhuang Zi lezen we: “Weten wat door de Hemel wordt gedaan en wat door de mens wordt gedaan, dat is het allerhoogste weten”. Vaak komen we in de verleiding om dat onderscheid liever over het hoofd te zien en ons een beetje God te wanen. Dit was reeds bij Adam en Eva het geval. In zijn streven zijn grenzen te doorbreken en het Goddelijke te benaderen vergeet de mens vaak dat hij begrensd is en dat volmaaktheid niet tot de wereld van mensen behoort. Het streven naar onbeperkte macht, veiligheid, geluk en zekerheid steunt op een illusie die de mensheid in de loop van de geschiedenis veel ellende heeft bezorgd.

Menselijke wijsheid is meer een weten dat de vrucht is van lessen die we getrokken hebben uit wat we zelf ervaren hebben of wat anderen ons hebben doorgegeven op basis van hun ervaring. We vinden veel hiervan terug in de spreuken en gezegden die van generatie op generatie werden doorgegeven. Denken we maar aan: “Spreken is zilver, zwijgen is goud”, “De beste stuurlui staan aan wal”. “Hoge bomen vangen veel wind”…
Daar het bij goddelijke wijsheid over een dimensie gaat die de menselijke werkelijkheid overstijgt, volgt zij niet noodzakelijk de menselijke logica, en is ze dus niet zomaar een product van het menselijk verstand, waardoor ze vaak op onbegrip stoot. Dit weten is moeilijk in woorden te vatten en kan beter uitgelegd worden aan de hand van beelden of verhalen, zoals dit vaak in de bijbel het geval is of in tal van Oosterse geschriften.
Geïnspireerd worden door deze wijsheid, leidt tot een soort transformatie waarbij datgene wat de meeste mensen vanzelfsprekend vinden niet meer geldt. Daarom wordt dit soort wijsheid vaak gezien als menselijke dwaasheid.

In zijn eerste brief aan de Korintiërs schrijft Paulus de volgende veelzeggende woorden: “Maar wat in de ogen van de wereld dwaas is, heeft God uitgekozen om de wijzen te beschamen; wat in de ogen van de wereld zwak is, heeft God uitgekozen om de sterken te beschamen, wat in de ogen van de wereld onbeduidend is en wordt veracht, wat niets is, heeft God uitgekozen om wat wel iets is teniet te doen.” 1 Kor 1, 27-28. Zo is vanuit menselijk perspectief Christus gestorven als een slaaf: een pure mislukking en vernedering, maar vanuit goddelijk perspectief is Hij een bevrijder en is zijn dood een teken van zijn grootheid en liefde voor de mensheid.

Goddelijke wijsheid wordt in onze maatschappij niet hoog aangeschreven, maar ze helpt de mens wel in vrede met zichzelf te leven en minder snel uit zijn evenwicht te geraken door de schommelingen van het lot.
Het verhaal van de boer en zijn paard is een mooie illustratie hiervan: Er was eens een boer die een arm plattelandsdorpje woonde. De boer werd als iemand in goeden doen beschouwd, want hij had een paard dat hij gebruikte om mee te ploegen en ook om er allerlei dingen mee te vervoeren. Op een dag ging zijn paard ervandoor. Alle buren vonden dit vreselijk, maar de boer zei alleen maar: "Ach wat is pech en wat is geluk?".Een paar dagen later kwam het paard terug en bracht ook nog twee wilde paarden mee. De buren vonden allemaal dat hij geweldig geluk had gehad, maar de boer zei alleen: "Ach, wat is geluk en wat is pech?".De volgende dag probeerde de zoon van de boer op een van de wilde paarden te rijden. Het paard wierp hem af en de zoon brak een been. De buren boden hun medeleven aan met deze tegenspoed, maar de boer zei opnieuw: "Ach, wat is pech en wat is geluk?".Een week later kwamen er militairen naar het dorp om jonge mannen te rekruteren voor de verplichte krijgsdienst. De zoon van de boer wilden ze niet hebben vanwege zijn gebroken been. Toen de buren lieten weten dat hij toch wel geluk had gehad, antwoordde de boer: "Ach wat is geluk en wat is pech?".

Groeien in goddelijke wijsheid is geen evidentie en meestal een sterk louterend proces, waarbij men een aantal bruggen moet verbranden om terug te gaan tot wat men in wezen is. Soms krijgt dit proces een kans wanneer wij op een onzachte manier geconfronteerd worden met onze menselijke beperktheid, met de grillen van het lot, of tegen onze eigen grenzen aan stoten. De apostelen ontvingen deze wijsheid met Pinksteren. Geïnspireerd door de Heilige Geest werden ze andere mensen, verdween hun angst en kregen ze inzicht en kracht om het woord van God te gaan verkondigen en de ergste vervolgingen te doorstaan.

Groeien in goddelijke wijsheid is een proces van voortdurend leegmaken, ons mentaal ontdoen van een aantal illusies en alles wat niet tot de essentie behoort zodat we naakt en dus menselijk meer kwetsbaar in de wereld staan. Deze leegte maakt ons echter meer ontvankelijk en geestelijk sterker. In dit proces van loslaten en langzaam leeg worden dat enkel kan geïnspireerd worden door liefde van een andere orde, ontstaat een geleidelijke omkering van datgene wat in de wereld zo belangrijk is: iets hebben en iemand zijn, om te beseffen dat we niets hebben en niets zijn. Zo komt men dichter en dichter bij wat men in oorsprong was.

Als volwassenen zijn we ons oorspronkelijke innerlijke zelf en de diepe wijsheid van dat zelf meestal vergeten en laten we ons al te gemakkelijk leiden door regels van buitenaf. Afgezien van momenten van kinderlijke spontaniteit, wanneer we iets meemaken dat ons diep raakt, vergeten we dat we een wetend centrum hebben. Als we erin slagen daar terug mee in verbinding te komen, kijken we met nieuwe ogen en luisteren we met nieuwe oren zodat we met onszelf en anderen op een meer transparante en zuivere manier contact hebben. Hieruit zijn vooroordelen en te snelle veroordelingen gefilterd. Vanuit deze leegte zijn we meer in staat om op een zuivere wijze echt te ontvangen en terug te geven, zoals de spiegel het beeld van de gespiegelde weergeeft.

Goddelijke wijsheid geeft ons een breder perspectief, waardoor we onze voorspoed en onze tegenspoed beter kunnen plaatsen. We benaderen ze dan niet meer als vriend of vijand, als beloning of straf, maar gewoon als deeluitmakend van de essentie van ons menselijk bestaan. Wij drijven dan mee op de stroom van het leven, en buigen zoals het riet in de wind, zonder geknakt te worden. Hoezeer de gebeurtenissen van het leven ons ook kunnen raken, we worden er niet meer door gedestabiliseerd. Het resultaat is vrede, de vrede die Jezus zijn leerlingen toewenste en die we ook straks elkaar zullen toewensen. Amen.

Muziek

Offerande: naar voor brengen van het licht en de gaven

Gebed

Goed gedaan hebt Gij uw schepping.
Wijsheid was het die U raadde
toen het licht werd uitgesproken,
toen de mens geschapen werd.

Laat mij putten uit de Wijsheid
die U na staat in de hemel.
Geef mij Wijsheid tot vriendin,
tot geliefde en geleide,
die mij leert uw hart te lezen,
dat ik mensen goed en recht doe.           (Sytze de Vries)

Lied 576: "Al wat een mens te kennen zoekt"

Gebed

Laat uw geest in ons baan breken;
dan zal stromen alle leven.
Zegenen zullen wij elkaar
met de liefde, met het licht.
Dan ontwaren wij de toegang
tot het landvan uw belofte;
dan betreden wij de grond
waarop alle mensen bloeien.                (Sytze de Vries)

Onze Vader
Vredewens
Communie
Muziek

Communie: lied 583: "Uit staat en stand"

Eindtekst: Gedicht van Rumi

Liefde fluistert me in het oor:
“Je kunt beter een prooi zijn
dan een jager.
Wees mijn dwaas-
verzaak de hoge staat van de zon
en word een stofje!
Kom, hang rond Mijn deur en word dakloos.
Doe niet net of je een kaars bent, wees een mot,
opdat je de smaak van het leven mag proeven
en mag zien dat er gezag schuilt in dienstbaarheid."

Slot: Lied 195 "Zegening" ("Met vrede gegroet en gezegend met licht")

------