------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
------




6 februari 2011: 5de zondag: “Gij zijt het licht der wereld… “

De lichtbron is het ijkpunt….

Openingslied nr. 133 “El Senyor és la meva força…” (Taizé)

Jef Schoenaerts

Inleiding

Moge de heer vandaag voor ons zijn als een bron van licht.
Hij die ons nabij wil zijn als vader, zoon en heiligende geest.

Vorige week zondagavond volgden we in het programma Braambos een interview van Lucette Verboven met Godfrey Nzamujo. Met groeiende aandacht, met verwondering en bewondering en op het einde met ontroering hingen we aan de lippen van deze boeiende, enthousiaste man.

Nzamujo is filosoof, theoloog en ingenieur, geboren in Nigeria. Na jaren van studie en werk in de Verenigde Staten keerde hij een aantal jaren geleden terug naar Afrika. Hij betreurt tenzeerste de “brain drain” waar-bij veel jonge Afrikaanse intellectuelen na hun studies in Amerika of Europa daar hun leven uitbouwen. Om die reden verliet hij zijn leeropdracht in de VS en trok naar Benin waar hij zijn ideeën over de ont-wikkeling van Afrika in de praktijk wou uitbouwen.

Hij trotseerde de scepsis van velen door een stuk braakliggend grond te cultiveren en die dorre site met behulp van innovatieve landbouwtechnieken, gedurfde technologie en biomimetica om te toveren tot een bloeiende onderneming. Het project kreeg de naam “Songhai”een verwijzing naar een machtig West-Afrikaans rijk in de veertiende eeuw.
De kernidee van het project van Nzamujo is het geloof in de eigen kracht en de toekomst van Afrika. Via onderzoek naar en het implementeren van nieuwe technieken rond het opwekken van energie en het voorzien in voedsel wil het project de zelfredzaamheid van de plaatselijke bevolking versterken. In Songhai heeft Nzamujo een opleidingscentrum opgestart waar jonge Afrikanen die geest van optimisme inademen.

De uitstraling van Songhai is ondertussen wereldwijd: getuige daarvan is het bezoek dat Ban Ki-Moon, secretaris-generaal van de VN bracht aan het project.
Een boeiende uitzending over een boeiend man. Het feit dat Nzamujo ook nog een dominikaan is, is zeker in onze context niet onbelangrijk. Chapeau voor een orde die zulke kleppers in haar rangen heeft. Naast onze Marcel zijn er dus nóg grote dominikanen…

Het interview met Nzamujo doorkruiste mijn “broedperiode” voor de viering van vandaag. Net op het moment dat ik mij zat te verdiepen in de evangelielezing van deze zondag (“Gij zijt het zout der aarde” en “Gij zijt het licht der wereld”), komt er een man in mijn denken binnengewandeld die één en al enthousiasme is, begeestering, daadkracht, geloof en optimisme. Een man met een enorme gedrevenheid en tegelijk van een grote eenvoud. Hij overmeesterde mijn geest want ik voelde hem aan als zout en licht der wereld…..

Hij kleurde mijn reflectie bij de lezing uit Matteüs. Hoe kunnen we de woorden uit de Bergrede over het zout der aarde en het licht der wereld vruchtbaar op ons eigen leven leggen. Hoe vermijden we daarbij de valkuilen die voor ons liggen nl. hoe ontsnap je aan het odium van grootheidswaanzin dat heel dicht aanleunt bij die Bijbelse uitspraak? Of nog: hoe vermijden we dat die uitspraak als een verpletterende boemerang naar ons terugkeert onder de vorm van een overtrokken verantwoordelijkheidsgevoel . Want dan verglijden we in een ethiek van de plicht en dus van het tekort en van schuld, een ethiek die al zo sterk ingebakken zit in ons christelijk denken en leven?

Het evangelie reikt ons vandaag een prachtige uitspraak aan, het vereert ons met een schitterend levensperspectief. Biedt het ons ook een wegwijzer aan om er bevrijdend mee om te gaan? En kan Nzamujo, onze Afrikaanse dominikaan voor ons een hedendaagse wegwijzer zijn?

Laten we het bij het begin van deze viering stil maken in en rondom ons en onze god aanroepen met namen van eeuwen.

Kyrie nr. 113 “Heer Jezus, koning en gezalfde Gods”

Gebed

Onnoembare en Nabije,

Zo groot is Uw geloof in ons,
zo sterk hebt Gij Uw lot aan ons verbonden,
dat Gij ons uitnodigt zout te zijn op deze aarde,
dat Gij ons roept Uw licht te zijn in deze wereld.

Doe ons verlangen naar Uw aanwezigheid
dat wij onszelfbij U vinden in eenheid en heelheid.
Keer ons naar Uw licht
dat wij weet hebben van onze oorsprong en ons doel.

Maak ons zo sterk om te spreken in Uw naam,
maak ons zo bereid om te leven naar Uw woord.

Dit vragen wij U in de naam van Jezus,
Uw eerstbeminde.
Amen.

Preek deel 1

Vorige zondag heeft Marcel laten verstaan dat de Bergrede van Matteüs, die gespreid staat over hoofdstuk 5 tot 7 naar vorm en naar inhoud eigenlijk een organische eenheid vormt. Matteüs heeft deze rede heel nauwgezet geconstrueerd omdat ze een soort programmaverklaring vormt voor het hele verdere optreden en handelen van Jezus. Marcel heeft daarbij beklemtoond hoe de Zaligsprekingen die vorige week centraal stonden in de viering ons een utopie voorhouden waarbij - in zekere zin paradoxaal - het handelen van god hier en nu in onze wereld aan de orde is. De realisatie van het koninkrijk van god via de radicale omkering van alle aardse waarden is niet bedoeld voor een verre hemel in het hiernamaals maar gebeurt vandaag. De gedragscode die uit de Zaligsprekingen naar voor komt, verheldert de richting waarin we moeten stappen om het koninkrijk van god ook werkelijkheid te laten worden.

De lezing van vandaag volgt in de evangelietekst onmiddellijk op de Zaligsprekingen. Matteüs legt met die link in forse bewoordingen en via sterke beelden de realisatie van die opdrachtverklaring mee in onze handen.
We luisteren naar de lezing uit het evangelie en beamen onmiddellijk daarna die boodschap met lied 586 waarbij we de beelden van zout en licht zelf in de mond nemen.

Lezing: Matteüs 5, 13-16

Lied 586 “Geproefd, geleefd, herkend…”

Preek deel 2

Met sterke beelden schetst Matteüs voor de volgelingen van Jezus een krachtig project: wie leeft volgens de Zaligsprekingen geeft een aparte smaak aan deze wereld, is een lamp op de standaard, een stad op de berg, een licht voor deze wereld. Bovendien verwoordt Matteüs dit perspectief in een sterke, persoonlijke en appelerende taal :” Jullie zijn het zout, jullie zijn het licht…” Jezus richt zich zo rechtstreeks tot zijn leerlingen, tot zijn volgelingen, zeg dus ook maar: tot ons…

Zulke gevleugelde boodschap, zulke grootse opdracht houdt voor de luisteraar meerdere valkuilen in. Misschien raak je erdoor in ademnood en voel je het aan als een verplet-terende, niet te torsen verantwoordelijkheid. Je kan dan op de vlucht slaan en zeggen: “dit is niets voor mij, arme sterveling…”. Misschien is je hart te groot om weg te lopen en ga je toch aan de slag, een beetje met lood in de schoenen. Je riskeert dan midden in je goede wil verkrampt te raken want welk mens kan via het levenspad van de Zaligsprekingen in volheid licht en zout voor deze wereld zijn?
Het lijkt wel een vergiftigd geschenk, die grootse opdracht … Met welke “harakiri-opdracht" zadelt Jezus ons hier op? Raken we weg uit dergelijk funest denken waarbij een bevrijdende boodschap een molensteen lijkt rond de nek van wie ze wil naleven?...

De laatste zin uit het evangelie van vandaag verlost ons wellicht uit deze paradox.
“Zo moet ook uw licht stralen voor het oog van de mensen, opdat zij uw goede werken zien en uw Vader verheerlijken die in de hemel is.” In die ene zin geeft Matteüs tegelijk de voedingsbodem en de finaliteit van ons volgeling zijn van Jezus aan: de zaligsprekingen in praktijk brengen en zo licht der wereld zijn, doe je niet op eigen kracht en evenmin voor eigen lof en eer. Je doet dit om “de vader te verheerlijken die in de hemel is”.
Zolang we vooral kijken naar onszelf, naar de waarde en de efficiëntie van ons optreden zitten we gevangen in een negatief denken. Zolang we doen alsof de realisatie van de hemel vooral afhangt van ons eigen optreden, is aanvoelen van tekort en schuld ons deel. De grootse boodschap van Jezus wordt pas bevrijdend als we beseffen dat wij wél licht zijn der wereld maar dat we niet zelf de lichtbron zijn. Zou die verandering van perspectief niet de sleutel kunnen zijn om met geloof en optimisme de boodschap van de Zaligsprekingen in alle vrijheid te kunnen opnemen? In die verandering van perspectief staan wijzelf als licht der wereld niet langer centraal maar staat wel de lichtbron in de kern. In de mate wij minder kijken vanuit ons eigen berekenend denken op mensenmaat maar eerder kijken vanuit gods perspectief, worden wijzelf meer transparant en straalt ook de bron van het licht krachtig en helder.

Geoffrey Nzamujo, onze Afrikaanse dominikaan, heb ik bij het begin van deze viering geassocieerd met de beeldspraak van vandaag: “Jullie zijn het licht der wereld” ? Waarom overkwam mij dat aanvoelen? Waarom liet hij mij doorheen wat hij over zijn persoon en zijn werk vertelde, iets voelen van wat Matteus bedoelde met “’Jullie zijn het zout der aarde”?...
Geoffrey Nzamujo geeft de utopie van een nieuwe wereld, gericht op de kleinsten der aarde, handen en voeten, een gezicht. Hij toont de realiseerbaarheid en de werkzaamheid ervan aan. En bij dit alles is hij tegelijk bescheiden én krachtig , sturend én ontvangend, radicaal en mild. Hoe geleerd en efficiënt hij ook is, tegelijk is hij ook eenvoudig en transparant, voel je dat hij een sterke vorm van innerlijke heelheid bezit. Dat alles wordt pas in hem duidelijk omdat hij ook de bron aangeeft van zijn persoon en van zijn handelen: de spirituele betekenis van alles wat hij doet. Elke dag start hij met meditatie en wellicht vormt dat mee de kern van zijn wezen: gedreven zijn omdat hij gedreven wórdt, bewogen zijn omdat hij bewogen wórdt, licht zijn omdat hij wéét heeft van de lichtbron.

“Gij zijt het licht der wereld…” kan voor elk van ons misschien een bevrijdend woord worden naarmate we weet hebben van de lichtbron als onze voedingsbodem en ons einddoel….

Lied 139 “Wees Gij het woord, Gij de stilte”
Groot dankgebed : nr. 151 met refrein van lied 139
Onze vader
Communie
Nadien aanleren van een lied vanuit de kindernevendienst
(Patrizia Hardt)
Communielied nr. 530 “Gij hebt woorden van eeuwig leven”
Gebed (zelfde als openingsgebed)

------