------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
Share-project
------




18 oktober 2015: Laudato si

Jan Degraeuwe

Openingszang 1: “Wie anders zou de hemel dragen?” 

Welkom

Wij loven de Heer. Laudato si, mi signore. Wees geprezen, mijn Heer, door onze zuster, moeder aarde, die ons voedt en leidt, en allerlei vruchten voortbrengt, bonte bloemen en planten. Zo zong Franciscus van Assisi. Ik stel voor in deze viering stil te staan bij de encycliek Laudato si van paus Franciscus. Deze encycliek werd gepubliceerd op 24 mei van dit jaar. Laten we nu zingen over hen die van de aarde houden.

Lied 1: Wie anders zou de hemel dragen

Deel 1

Vorige zondag hadden we na de viering een “aperitief mondial”. Het thema was: “Hoe zullen de kinderen van vandaag leven in de wereld van morgen?” Via dit thema willen we onze betrokkenheid op de toekomst van de wereld aanscherpen. In het Heilig Hartinstituut vroegen we aan jongeren van 12-13 jaar hoe ze de toekomst zien en waarvan ze dromen. Grootouders uit de kapel hadden gesprekken met hun kleinkinderen. Wat zijn de belangrijkste ideeën uit de bevraging en de gesprekken? De jongeren vrezen meer armoede, meer opwarming van de aarde en oorlog en crisissen. Ze hopen gelukkig te zijn in gezinsverband en goed werk te vinden. Ook hopen ze op meer solidariteit in de wereld. De jongeren leggen vooral de nadruk op hun eigen leven en op wat binnen hun mogelijkheden ligt, ze hebben een gevoel van machteloosheid tegenover de grote problemen in de wereld. Hoewel ze dit niet zo uitdrukkelijk zeggen, leggen ze toch een verband tussen de sociale en de ecologische uitdagingen. In zijn encycliek Laudato si, vertolkt paus Franciscus de bezorgdheid die bij de jongeren leeft, maar hij voegt eraan toe: “De jongeren eisen van ons een verandering. Zij vragen zich af hoe het mogelijk is dat men pretendeert aan een betere toekomst te bouwen zonder te denken aan de milieucrisis en het lijden van hen die worden buitengesloten” (13).

Enerzijds is er de dringende uitdaging om de planeet, ons gemeenschappelijke huis, te beschermen; en anderzijds is er de bezorgdheid om heel de mensenfamilie te verenigen in het zoeken naar een houdbare en integrale ontwikkeling. Deze uitdaging en deze bezorgdheid zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Franciscus zegt: “Tegenwoordig kunnen wij er niet onderuit te erkennen dat een ware ecologische benadering altijd een maatschappelijke benadering wordt, die de gerechtigheid moet integreren in de discussies over het milieu, om zowel naar de kreet van de aarde als naar de kreet van de armen te luisteren” (49).
Hij doet een oproep tot iedereen – ongelovigen, gelovigen, christenen en katholieken: “een dringende oproep tot een nieuwe dialoog over het thema: hoe de toekomst van de planeet uitbouwen. Wij hebben behoefte aan een gesprek dat ons allen verenigt, omdat de ecologische uitdaging en de menselijke wortels ervan ons aanbelangen en ons raken” (14). De paus toont dat het hem ernst is met deze oproep. Hij verwijst niet alleen naar kerkelijke documenten, maar ook naar uitspraken van de orthodoxe patriarch Bartholomeus. Bartholomeus heeft de aandacht gevestigd op de ethische en spirituele wortels van de problemen betreffende het milieu. Hij vraagt ons niet alleen oplossingen te zoeken in de techniek, maar ook in een verandering van het menselijk gedrag, omdat wij anders alleen maar de symptomen zouden aanpakken (9). Paus Franciscus verwijst ook naar internationale documenten zoals het Handvest van de Aarde uit het jaar 2000. Het Handvest van de Aarde stelt onomwonden dat ecologische integriteit, mensenrechten, gelijkwaardigheid en vrede onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.

In Laudato si spreekt de paus ook over de man die aan Jezus vroeg wat hij moest doen om deel te krijgen aan het eeuwig leven. Vorige week hoorden we dit stukje uit het evangelie van Marcus. Franciscus citeert dat Jezus de man die zoekende was, “liefdevol aankeek” (Mc. 10, 21) en hij voegt eraan toe: “Jezus was er ten volle voor iedere mens en ieder schepsel en zo heeft Hij ons een weg getoond om de ziekelijke ongerustheid te overwinnen die van ons oppervlakkige, agressieve en ongeremde consumenten maakt” (226). Vandaag lezen we verder in het evangelie van Marcus. Enkele weken geleden hoorden we Marcus vertellen dat de leerlingen met elkaar getwist hadden over de vraag wie van hen de belangrijkste was. Toen zei Jezus hen dat wie de belangrijkste wil zijn, de minste van allemaal moet willen zijn en ieders dienaar. In het volgende hoofdstuk herhaalt Marcus bijna letterlijk de terechtwijzing van Jezus en zijn aansporing om te dienen. Voor Marcus moet dit wel een belangrijk aspect van de boodschap geweest zijn.

Vandaag horen we hoe Jakobus en Johannes aan Jezus vragen om rechts en links van hem te mogen zitten als hij heerst in zijn glorie. Jezus wijst hen terecht en spoort aan tot dienen. Ditmaal ondersteunt hij zijn aanmaning met een verwijzing naar het gedrag van heersers en leiders, een gedrag dat geen navolging verdient. Heersers onderdrukken en leiders misbruiken hun macht. Jezus stelt dit heel scherp om met nog meer nadruk te kunnen zeggen dat het zo niet mag gaan bij de leerlingen. Zij moeten dienen. Jezus voegt er dan nog aan toe dat de Mensenzoon is gekomen om te dienen. Jezus fulmineert hier tegen alle gezagsdragers. Zijn er dan geen goede leiders volgens hem? Marcus maakt de tegenstelling zo scherp, om de aansporing tot dienen in de schijnwerper te zetten. Het evangelie wil een mentaliteitsverandering teweeg brengen. Laudato si wil ook zo’n mentaliteitsverandering teweeg brengen. Laten we in die geest luisteren naar de boodschap van Marcus.

Mc 10, 35-45
Lied 554: "Voor mensen die naamloos, kwetsbaar en weerloos door het leven gaan"

Deel 2

Op realistische wijze beschrijft de paus de ecologische uitdagingen waarmee we geconfronteerd worden: de milieuvervuiling, de klimaatverandering, het tekort aan drinkbaar water in grote delen van de wereld, de teloorgang van de biodiversiteit. Steeds opnieuw benadrukt hij dat de wereldwijde ongelijkheid niet los staat van de ecologische problematiek en evenzeer dringend moet aangepakt worden. Hij levert sterke kritiek op de moordende kanten van de neoliberale kapitalistische en financiële markteconomie. Het overmatig consumeren vindt geen genade in zijn ogen.

De paus probeert nergens de consensus over de door de mens veroorzaakte klimaatverandering te ondergraven. Hij distantieert zich ook van de technologie-optimisten die menen dat meer technologie de problemen zal oplossen. Door de techniek is de mens machtig geworden, maar is hij in staat om die macht te beheersen en op verantwoordelijke wijze aan te wenden? Die vraag stelt de paus over de hedendaagse technologische samenleving. Zijn antwoord is genuanceerd, maar toch scherp: “De mensen worden zich ervan bewust dat de vooruitgang van wetenschap en techniek niet tegelijk een vooruitgang van de mensheid en de geschiedenis betekent en ze vermoeden dat er andere wegen zijn voor een gelukkige toekomst. Niemand wil terugkeren naar het stenen tijdperk, maar het is noodzakelijk de tred te vertragen om op een andere wijze naar de werkelijkheid te kijken. We moeten de positieve en houdbare ontwikkelingen bewaren en tegelijkertijd de waarden en grote doeleinden die door een megalomane ongeremdheid (frénésie) zijn vernietigd, heroveren” (114).

De encycliek Laudato si is opgebouwd volgens het schema zien-oordelen-handelen. Franciscus heeft de kwetsuren van onze planeet beschreven en gewezen op de menselijke oorzaken van het verval van het milieu. In de laatste twee hoofdstukken geeft hij enige aanzetten voor oriëntatie en handelen. Daartoe schetst hij de grote lijnen voor een dialoog die ons moeten helpen om uit de spiraal te komen van zelfvernietiging waarin wij terecht aan het komen zijn (163).

We moeten ervoor zorgen dat er oplossingen worden voorgesteld vanuit een wereldomvattend perspectief, de oplossingen mogen niet alleen maar de belangen van enkele landen veilig stellen (164). Het probleem is dat landen alleen het korte termijn nationale belang nastreven en te weinig aandacht hebben voor het algemene globale belang, met inbegrip van de toekomstige generaties. Toch zijn er voorbeelden van oplossingen vanuit een globaal perspectief, de paus vermeldt er enkele.
De Conventie van Bazel regelt het internationaal transport van gevaarlijk afval met een systeem van bekendmaking, vastgestelde niveaus en controles.
Het Verdrag over de internationale handel in met uitsterven bedreigde wilde dier- en plantensoorten voorziet in het sturen van delegaties ter controle van een daadwerkelijke uitvoering.
Dankzij de Conventie van Wenen voor de bescherming van de ozonlaag en de uitvoering ervan door het Protocol van Montreal en de amendementen hiervan lijkt het probleem van het dunner worden van de ozonlaag tot een oplossing te zijn gekomen (168).
Alleen een wereldwijd initiatief zal tegelijkertijd de vervuiling kunnen terugdringen de ontwikkeling van de arme landen en regio’s kunnen aanpakken. De situatie vereist sterkere en efficiënter georganiseerde internationale instellingen, met functionarissen die eerlijk aangeduid worden door een akkoord tussen nationale regeringen, en die sancties kunnen opleggen (175).

Als gemiste kans vermeldt de paus de redding van de banken. De financiële crisis van 2007-2008 was een gelegenheid om een nieuwe economie te ontwikkelen die meer zou letten op de ethische principes. De verouderde criteria blijven de wereld beheersen, want ze werden niet in vraag gesteld (189).

De paus benadrukt dat elke technologische oplossing die de wetenschap voorstelt, onmachtig zal blijken om de ernstige problemen van onze wereld aan te pakken, als de mensheid haar kompas verliest, als we de hoge motivatie uit het oog verliezen die ons in harmonie doet leven. We moeten iets durven opofferen en de anderen goed behandelen (200).
Die motivatie vinden we in de christelijke spiritualiteit. Ze stelt een andere opvatting van levenskwaliteit voor en moedigt een profetische en contemplatieve levensstijl aan die in staat is een diepe vreugde te kennen zonder door consumptie geobsedeerd te zijn (222).
Franciscus beperkt zich niet tot christelijke spiritualiteit. Hij laat ook de soefist Ali Al-Khawwas aan het woord. Soefisme is een mystieke traditie die haar oorsprong heeft in de vroege islam. Al-Khawwas zegt:

“Men mag niet a priori kritiek uitoefenen op degenen die extase zoeken in muziek of poëzie. Er is een subtiel geheim in elk van de bewegingen en klanken van deze wereld. De ingewijden slagen erin te begrijpen wat de wind die waait, de bomen die buigen, het water dat stroomt, de vliegen die zoemen, de deuren die piepen, het gezang van de vogels, de klank van snaren en fluiten, de zucht van zieken, het gejammer van de bedroefden te zeggen hebben...” (noot 159)

Voor Franciscus van Assisi was spiritualiteit altijd concreet. Een blad aan een boom, een pad door de bergen, een druppel dauw, het gelaat van een arme hadden voor hem mystieke betekenis. De mystiek maakte hem niet wereldvreemd, maar bracht hem juist dichter bij de mensen. Deze verwevenheid van contemplatie en handelen is nodig om de grote problemen aan te pakken. Om dit te illustreren citeert paus Franciscus de franciscaan Bonaventura die de eerste biografie van sint Franciscus schreef. Bonaventura schreef: “De contemplatie is des te verhevener, naarmate de mens in zich meer het effect van de goddelijke genade voelt en naarmate hij God meer in de andere schepselen weet te herkennen” (233).

Als Credo: “Christelijk gebed met de schepping” uit Laudato si
Lied 142: "Oergebaar"
Tafelgebed 159 : “Gij de grond van ons vertrouwen”
Lied 570: "Gezegend die de wereld schept"

Slotgebed: “Gebed voor onze aarde” uit Laudato si

Almachtige God,
die aanwezig zijt in het onmetelijke heelal
én in het kleinste van uw schepselen,
Gij die met uw tederheid al het bestaande omgeeft,
stort over ons uit de kracht van uw liefde,
opdat wij zorgen voor het leven en zijn schoonheid behoeden.
Overspoel ons met vrede,
opdat wij als broeders en zusters leven,
zonder iemand te benadelen.
God van de armen,
help ons de verlaten en vergeten mensen van deze wereld
die zo waardevol zijn in uw ogen,
te redden.
Maak ons leven weer gezond,
opdat wij de wereld beschermen
en haar niet plunderen,
opdat wij schoonheid zaaien
en geen vervuiling en verwoesting.
Raak de harten
van allen die alleen maar voordeel zoeken
ten koste van de armen en van de aarde.
Leer ons de waarde van alle dingen te ontdekken,
met verbazing te kijken
en te erkennen dat wij ten diepste verbonden zijn
met alle schepselen
op onze weg naar uw oneindig licht.
Dank dat Gij alle dagen met ons zijt.
Bemoedig ons, alstublieft, in onze strijd
voor gerechtigheid, liefde en vrede
.

------