2de paaszondag (2023): Acht dagen later kwam Jezus....
Maggy Rubens
Ik zou willen beginnen met de groet die Jezus in het evangelie van vandaag tot zijn leerlingen richtte “Vrede zij met u” In het evangelie betekent vrede iets anders dan oorlog: het gaat om welbevinden, innerlijke harmonie, licht, stilte.
Van deze vrede merken we allemaal al iets in onszelf, maar nog veel te weinig. Daarom bidden wij tot Jezus Christus en vragen hem dat hij ons een groter aandeel van zijn vrede moge schenken.
Openingslied 363 Gij zijt voorbijgegaan - Een lied tot Jezus Christus
Openingsgebed
Heer God,
Wij komen in volle vertrouwen tot U en danken U voor Jezus uw zoon.Laat hem nu in ons midden verschijnen, over ons ademen en ons zijn geest en mentaliteit mededelen, dan worden wij mensen naar zijn beeld.
In het evangelie van vandaag beschrijft Johannes wat er op de 2de paasdag in Jerusalem heeft plaatsgevonden in een mooi verschijningsverhaal. Maar in verschijningsverhalen gaat het niet om berichtgeving maar om innerlijke ervaringen.
De leerlingen, in paniek gevlucht, zaten samen in een zaal achter gesloten deuren en ramen uit schrik voor de Joodse leiders en de Romeinse politie.
Wat moeten zij zich angstig, droevig, ontgoocheld maar vooral schuldig hebben gevoeld. Want, zij hadden hun meester niet kunnen weerhouden om naar Jerusalem te gaan, zij hadden niet met Hem gebeden in de hof van olijven. Zij hadden Hem niet gesteund toen hij werd aangehouden en zij hadden zijn kruis niet helpen dragen naar Golgotha.
Plots verschijnt Jesus in hun midden, geen verwijten, hij schenkt hun zijn vrede, en Hij schenkt hun vergiffenis en vraagt hen het in zijn naam verder te doen. Dan belooft Hij hun zijn Geest te zenden.
De leerlingen hebben die avond, gelouterd door zijn afwezigheid en door de pijn van zijn dood begrepen wat hij echt bedoelde en wie hij eigenlijk was. Hun geloof hebben zij niet ervaren als een geheel van inzichten maar als een opdracht tot handelen. Zo werden zij “gezondenen” d.i apostelen die de boodschap van hun meester zullen uitdragen.
Maar waarom kleedde de evangelist deze ervaring in zo een verhaal? Met wat de leerlingen meemaakten in Jerusalem wil Johannes ons in feite duidelijk maken dat het in zijn tijd, 70 jaar later, ook een gewaagde zaak was om christen te zijn. Samenkomen om eucharistie te vieren, Jesus te gedenken en te bidden, kon toen alleen in het geheim, in catacomben of in een of ander gesloten woonhuis.
Want wat de leerlingen op Paasavond in Jerusalem hebben beleefd, beleefden de christenen later, in Ephese, een verre stad van het romeinse rijk, ver van het Heilig land, waar Johannes zijn evangelie schreef, elke zondagavond. Maar niettegenstaande deze hachelijke situatie houden zij levensmoed en hoop.
Zou dit evangelie dan ook niet kunnen verwijzen naar al de christenen die vandaag, waar ook ter wereld, ergens vervolgd worden of het moeilijk hebben?
Ook in onze geseculariseerde wereld is het niet evident om christen te zijn. Maar zou een gemeenschap van gelovigen, anno 2023, misschien een uitnodigende tegenbeweging kunnen zijn voor de vele pijnpunten die onze samenleving verzieken?
Lied 851 Kleine Psalm
Evangelie Joh. 20, 19-30
Homilie
Proberen wij ons nog eenmaal naar het verhaal te verplaatsen. Waarom was Thomas er niet? Misschien dwaalde hij rond in Jerusalem. Machteloos. Alles waar hij zijn hoop had op gevestigd, was onder zijn voeten weggeslagen.
Een week later zijn de leerlingen weer bij elkaar en Thomas is er dan wel bij. Dat wil dus zeggen dat ze hem in zijn eenzaamheid en verdriet hebben kunnen bereiken, hem weer in hun kring hebben kunnen binnen halen. Thomas voelt nu ook dat Jezus op een nieuwe manier aanwezig is en dat Hij hem zal helpen om apostel, te worden en Thomas beantwoordt dit met een krachtige belijdenis“ Mijn Heer en Mijn God”. Een zo krachtige dubbele belijdenis vind je elders in het evangelie niet.
Ik geloof wel niet dat Johannes dit verhaal over Thomas heeft opgetekend om onze twijfel te rechtvaardigen want we hoorden zojuist in het evangelie: “ik heb dit opgeschreven opdat jullie zouden geloven dat Jezus de Christus de zoon van God is . Maar hij staat wel even stil bij de twijfel die er aanvankelijk bij de leerlingen was.
De apostel Thomas kreeg de bijnaam “ongelovige Thomas”. Zijn wij gelovigen van vandaag niet geneigd om sympathie te hebben voor zijn twijfelend geloof?
In mijn jeugd, toen wij ingebed waren in een gelovig cocon, werd er bijna niet getwijfeld. Geloven was “zeker weten”. Maar is geloven juist niet, niet zeker weten. Is het niet een sprong verder dan zeker weten? Is het niet als durven wandelen op water?
Toen het rationeel en autonoom wetenschappelijk denken, in de christelijke wereldbeschouwing, ook in onze contreien is binnen gedrongen, en dit samen met het tweede Vaticaans concilie in de jaren 60, is er bij veel gelovigen twijfel ontstaan. Tradities werden doorbroken, kerkelijke strukturen in vraag gesteld, en de bijbel werd door theologen aan kritisch onderzoek onderworpen.
Door welke lange, soms pijnlijke, evolutie is het geloof van velen onder ons niet gegaan. Ondertussen zijn wij meer dan 60 jaar verder. De generatie na ons heeft kerkelijkheid achter zich gelaten. Laat ons mild zijn en respect opbrengen voor hun zoektocht naar een zinvol leven in een geseculariseerde samenleving.
Moest ik jullie nu kunnen vragen, wat is geloven voor jullie? Ik vermoed dat er heel wat variaties zouden zijn. Sommigen zijn misschien zoekenden, anderen twijfelen, maar zeker is er bij de meesten een groot vertrouwen in de boodschap van Jezus Christus.
Tafelgebed 150
Na de communie lied 368: Al heeft Hij ons verlaten
Slot overwegingen
In de homilie hebben we even nagedacht over geloven. We beseffen dat het niet evident is om Christen te zijn in deze tijd. In de jaren 40 tekende de Duitse Lutherse theoloog D. Bonhoeffer daarover reeds bedenkingen op toen hij in de cel zat omwille van zijn verzet tegen het nazisme. Ik wil er enkele ter overweging brengen omdat ik denk dat ze anno 2023 nog actueel zijn.
Hij vroeg zich bv af: Hoe kunnen wij ons christendom herdenken in een hoe langer hoe meer a-religieuse wereld? Hoe krijgt Christus invloed op de a-religieuse wereld? Noem Christus liever niet lam Gods maar wel “een mens-voor-anderen”. Geloven is deelnemen aan dit bestaan van Jezus.
Hij vroeg zich ook af hoe religieuze woorden een eigentijdse betekenis te geven? Hoe spreken we “werelds” over God? In het doorbreken van de mythologische vorm van de bijbelse verhalen om te peilen naar de kern van de boodschap?
Laat ons nu bidden
Genadige God, we hebben Jezus niet met eigen ogen gezien en onze handen hebben zijn lichaam niet aangeraakt. Maar toch proberen wij in Hem te geloven, want wij vertrouwen er op dat Hij ons zal vervullen met zijn goddelijke levensadem, uw heilige Geest die ons tot volle waarheid zal brengen, nu reeds in dit leven en tot in eeuwigheid.