29e zondag (2025) – Gods gerechtigheid
Marcel Braekers
Openingszang 102 Onze hulp is in de naam van de Heer - Opening van de dienst
Gebed
Schep in ons een zuiver hart
Dat zich laat voeden door uw liefde,
Dat daarom van mensen houdt
Hen erkent en altijd recht doet.
Schep in ons een zuiver hart
Dat U zien mag ondanks alle vragen
Alle wolken van verdriet.
Schep in ons een zuiver hart
Dat de vreugde om het leven voluit viert
Dat zich opent voor uw zegen.
Schep in ons een zuiver hart
Dat verkiest wat goed en recht is,
Dat U heiligt alle dagen. (S. de Vries, Het rijk alleen p. 188)
Lied 537 zing van de Vader
Begroeting
We horen het zo dikwijls voorlezen uit de Bijbel of van de preekstoel verkondigen: God komt op voor de armen, Hij richt de verdrukten weer op. Maar wie heeft dat ooit gezien? En waarom zijn er dan zoveel outlaws, rechtelozen, mensen die op niemand of niets kunnen terugvallen? Die vragen kwamen in mij op toen ik de parabel van de weduwe las die blijft roepen naar de rechter. Waar is God in de wereld van vandaag?
Lucas 18, 1 – 8
Lied 564 zij die stom zijn
Homilie
Een pittige dame die weduwe. Als de rechter haar afwijst blijft ze roepen en procederen. Uiteindelijk zwicht de rechter ook al gelooft hij niet in God noch gebod, want “straks vliegt ze mij nog aan” denkt de rechter. Hupopiazè staat er in het Grieks, misschien slaat ze mij een blauw oog. Dat wordt netjes vertaald als ‘misschien vliegt ze mij aan’ of ‘anders schendt ze mijn reputatie’. Aangezien ze niet voor de rechtbank maar voor de rechter verschijnt, ging het om een geldkwestie. Weduwen hadden nauwelijks verweer, omdat bij overlijden van de man alle bezit naar zijn familie ging. De vrouw blijft aandringen, omdat ze zich in haar recht weet en veel karakter toont. Ik moest spontaan terugdenken aan de dwaze moeders die onder het schrikbewind van generaal Videla in Argentinië onverstoord bleven protesteren en gerechtigheid eisten omtrent hun zonen. Zo is ook deze weduwe. Haar houding staat in schril contrast met de rechter die als een normloze, banale sul overkomt. De toehoorders van Jezus maakten deze situatie dikwijls genoeg mee.
De redenering achter de parabel is: indien een gewetenloze rechter uiteindelijk toch recht verleent, hoeveel te meer zal God niet zijn voor wie op Hem vertrouwen? Daarom eindigt de parabel met die raadselachtige uitspraak: ‘Maar als de mensenzoon komt, zal hij dan geloof vinden op aarde?’ Zal Hij mensen aantreffen die als deze weduwe blijven geloven dat er verandering komt, die blijven aankloppen, die dag en nacht bidden om gerechtigheid?
De basis van ons geloof is God die ons uitnodigt zodat wij ons kunnen oprichten en in vertrouwen ons durven overgeven. Maar het steunt even goed op onze vasthoudendheid, de aanhoudende aandacht opdat gerechtigheid geschiedt. Het vraagt dat er mensen zijn die dag en nacht de hemel bestormen en vragen dat God zich zou tonen. Daarop is Jezus’ antwoord hier en op zoveel andere plekken in het evangelie: God hoort de armen, hun roepen gaat Hem aan, meer en anders dan mensen vermoeden.
Over dat ‘meer en anders’ staat In het boek van de psalmen een prachtige psalm die dit verwoordt. Je hoort de klacht van de dichter die ziet hoe mensen, die zich van God noch de ander iets aantrekken, het goed maken. Waar is dan God en waar is er gerechtigheid? De psalm geeft een heel merkwaardig en eigenzinnig antwoord.
Psalm 73
Groot dankgebed 164 Gij die de stomgeslagen mond verstaat
Na de communie gebeden + 574 Wij bidden U om vrede
- Wij bidden God om vrede in deze wereld. Dat het bestand in Gaza overeind mag blijven. Wij bidden om het schrijnend onrecht en geweld in Oost Congo, in Soedan, in Oekraïne. Wees troost en kracht voor de verdrukten.
Strofe 1 en 2
- Wij bidden God dat wij tot zegen voor elkaar mogen zijn, dat we blijven aankloppen tot er ooit gerechtigheid en echte vrede mogen heersen.
Strofe 3 en 4
- Wek in ons de volharding om U niet los te laten, om niet te vervallen in twijfel of wanhoop. Leer ons de hoop te omhelzen die onze geest verlicht en wonden geneest.
Strofe 5
Mededelingen
