• Voor de meest recente zondagsvieringen Klik hier

Agenda vieringen op Filosofenfontein voor de goede week:
Viering Palmzondag om 10.30 uur
Viering Witte Donderdag om 20 uur
Viering Goede Vrijdag om 20 uur
Paaswake (zaterdagavond) om 21 uur
Géén viering op paasdag!

221101

1 November 2022 - Feest van Allerheiligen

 

Olivier Riaudel O.P.

Inleiding

Heeft iemand van jullie een kat of een hond? Zoals u weet zijn er katten van alle rassen, min of meer zuivere rassen, en mengsels van verschillende katten uit de buurt, of verschillende honden. In het Frans heten de straatkatten “chats de gouttière” Dakgootkatten. Maar beide zijn katten (of honden). Katten voor shows, en straatkatten.

Hetzelfde geldt voor heiligen. Er zijn er zoals de showkatten, die worden op altaren gezet, er worden standbeelden van gemaakt, en dan zijn er de straatheiligen, meer gemengd natuurlijk, maar het zijn echte heiligen. En we hebben allemaal deze straatheiligen ontmoet.

Op dit feest van alle heiligen vieren we niet een paar helden die “boven de massa uitsteken”. We vieren wat er gebeurt als onze menselijkheid wordt overweldigd door Gods liefde. En dat zijn we allemaal, al is het maar een beetje, en zelfs als we niet op de altaren worden gezet.

Het is het feest van ons mens-zijn wanneer het wordt overweldigd door de ontmoeting met God, zijn liefde en zijn mysterie. Helaas weten we niet zo goed hoe we over deze menselijkheid moeten spreken. We spreken over hen volgens andere criteria dan die van liefde en mysterie, en we maken van de heiligen personages die een beetje storend zijn, onmenselijke wezens, bewakers van de deugd, modellen van opoffering.

De aureool, die het symbool zou moeten zijn van een innerlijke uitstraling, van een mensheid die zo door God wordt overweldigd dat zij een glimp van iets goddelijks oproept, worden merkwaardige metalen of gouden kronen, die laten zien dat deze mensen niet zijn zoals wij.

Laten wij ons verheugen op dit feest van alle heiligen, want zij zijn de waarheid van onze mensheid, en vooral de waarheid van onze kerk. Onze kerk is geen kerk van notabelen, en hoeveel misbruikers er ook zijn, onze kerk is de kerk van de heiligen...

Bezinning

Uit: Georges Bernanos, Jeanne relapse et sainte, 1934

Het uur van de heiligen komt altijd. Onze kerk is de kerk van de heiligen. Wie haar met wantrouwen benadert, meent alleen maar gesloten deuren, barrières en loketten te zien, een soort geestelijke gendarmerie. Maar onze kerk is de kerk van de heiligen. Welke bisschop zou, om een heilige te zijn, niet zijn ring, zijn mijter, zijn kromstaf geven? Welke kardinaal niet zijn purper, welke paus zijn witte mantel, zijn kamerdienaren en Zwitserse garde? Wie zou niet de kracht willen hebben om dit bewonderenswaardige avontuur aan te gaan? Want heiligheid is een avontuur, ja het is het enige avontuur. Wie dit eenmaal begrepen heeft, is in het hart van het katholieke geloof getreden, heeft in zijn sterfelijk lichaam een andere verschrikking gevoeld dan die van de dood, een bovenmenselijke hoop. Onze kerk is de kerk van de heiligen. Maar wie geeft er om de heiligen? Men zou willen dat ze oude mannen waren met veel ervaring van politiek, maar de meesten zijn kinderen. Maar de kindertijd staat alleen tegen allen. De slimmeriken halen hun schouders op en glimlachen: Welke heilige heeft er iets aan om door kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders te worden geprezen? Hé, wat doet de geestelijkheid hier! Waarom willen ze dat men toegang heeft tot deze heldhaftige persoon zoals iemand die meent dat het koninkrijk der hemelen als een stoel aan de academie wordt verleend, alsof alles regelbaar is, namelijk door iedereen met rust te laten? God heeft de Kerk gemaakt voor het heil van de heiligen en opdat hun gedachtenis zou worden doorgeven, zodat een stroom van eer en poëzie niet verloren zou gaan met het goddelijke wonder (…) Onze kerk is een kerk van de heiligen. Wie zou deze kudde van engelen bewaken? De geschiedenis alleen, met haar summiere methode, haar bekrompen en harde realisme, zou hen gebroken hebben. Onze katholieke traditie draagt hen mee, zonder hen te kwetsen, in haar universele ritme. De heilige Benedictus met zijn raaf, de heilige Franciscus met zijn gitaar en zijn Provençaalse verzen, Jeanne met haar zwaard, Vincentius à Paulus met zijn sjofele soutane, en de laatste die kwam, zo vreemd, zo geheim, verminkt door de ondernemers en handelaren in spiritualiteit, met haar onbegrijpelijke glimlach - Thérèse van het Kind Jezus. Waren ze maar allemaal, tijdens hun leven, in een schrijn gezet? Aangevallen met hoogdravende scheldwoorden, op de knieën gegroet, bewierookt? Zulke vriendelijkheden zijn goed voor kanunniken. Ze leefden en leden zoals wij. Ze werden bekoord zoals wij. Ze kregen de volle lading, meer dan een keer zonder ze te ontwijken en bezweken eronder om te sterven. Wie onder ons die het heilige en het goddelijke uit hun voorbeeld durft halen ziet niet hun heldhaftigheid en eervolheid. Maar wie zou zich niet schamen om hen snel hun lange weg zo alleen te laten vervolgen? Wie zou zijn leven willen verspillen met piekeren over het probleem van het kwaad, in plaats van zich in te zetten? Wie zal weigeren de aarde te bevrijden? Onze kerk is de kerk van de heiligen. Heel deze machine van wijsheid, kracht, soepele discipline, grootsheid en majesteit is niets van zichzelf, als de naastenliefde het niet bezielt. Maar middelmatigheid zoekt daarin slechts een solide verzekering tegen de risico's van het goddelijke. Wat maakt het uit! Het kleinste jongetje van onze catechismuslessen weet dat de zegen van alle mannen van de Kerk samen nooit vrede zal brengen, behalve aan zielen die er al klaar voor zijn, aan zielen van goede wil. Geen rite onttrekt zich aan de liefde. Onze kerk is de kerk van de heiligen. Nergens anders zou men zich zo’n avontuur willen voorstellen, dat zo menselijk is. Dat van een kleine heldin die op een dag van de brandstapel van de inquisiteur zachtjes overgaat naar het paradijs, terwijl honderdvijftig theologen toekijken. “Als we tot dat punt zijn gekomen”, schrijven de rechters aan de paus, “dat heksen die valselijk in naam van God spreken, zoals deze vrouw van het bisdom Beauvais, beter worden onthaald door het lichtzinnige volk dan pastoors en doctores in de theologie, dan is het afgelopen, dan gaat de godsdienst ten onder, stort het geloof in, en wordt de Kerk met voeten getreden, de ongerechtigheid van Satan zal de wereld overheersen…” En nu, iets minder dan vijfhonderd jaar later, wordt de beeltenis van de heks in de Sint-Pieter in Rome getoond - zij is inderdaad geschilderd in krijgerstenue zonder mantel of verfijnde kleding - en honderd meter lager zou Jeanne een kleine blanke man hebben gezien, neergebogen, die de paus zelf is. Onze kerk is de kerk van de heiligen. Van de paus tot de brave misdienaar die de wijn uit de kannetjes drinkt, iedereen weet dat er maar een heel klein aantal biddende abten en diplomatieke prelaten op de kalender staan. Alleen een of andere zelfingenomen man met een dikke buik en een gouden ketting kan daaraan twijfelen, die vindt dat de heiligen te hard van stapel lopen en graag met kleine stapjes de hemel wil binnengaan, als in de kerkbank, met de pastoor als metgezel. Onze kerk is de kerk van de heiligen. Wij respecteren de kwartiermakers, de provoosten, de majoors en de cartografen, maar ons hart gaat uit naar de mensen aan het front, ons hart gaat uit naar hen die worden gedood. Niemand van ons die onze last - vaderland, beroep, familie - draagt, met onze arme gezichten uitgehold door angst, onze harde handen, de enorme saaiheid van het dagelijks leven, van het dagelijks te verdienen brood, en de eer van onze huizen, niemand van ons zal ooit genoeg theologie kennen om kanunnik te worden. Maar we weten genoeg om heiligen te worden. Laat anderen het koninkrijk van God in vrede besturen! Wij hebben genoeg te doen om met veel moeite elk uur van de lange dag te grijpen tot het verwachte uur, het unieke uur waarop God zich verwaardigd over zijn uitgeput schepsel te ademen, O Dood zo fris, O enige morgen! Laat anderen voor het geestelijke zorgen, argumenteren, wetten maken: wij houden het tijdelijke in onze handen, wij houden het tijdelijke koninkrijk van God in onze handen. Wij bewaren de erfenis van de heiligen. Want sinds de wijnstok en het koren met ons gezegend zijn, de steen van onze drempels, het dak waar de duiven nestelen, onze arme bedden vol dromen en vergetelheid, de weg waar de wagens kraken, onze jongens met hun harde lach en onze meisjes die huilen op de rand van de fontein, sinds God zelf ons bezocht, is er iets in deze wereld dat onze heiligen hebben moeten hernemen, is er iets dat zij niet konden geven?

Georges Bernanos, Jeanne relapse et sainte, 1934

Contactinformatie

©2005-2023 Filosofenfontein

✉️   info@filosofenfontein.be

Ondernemingsnummer: 0775.603.387

Bankgegevens:"FIFO Heverlee" 

KBC: BE11 7340 3906 5848

Volg ons op Sociale media

QR Code

Door je camera op deze code te houden krijg je het adres van deze website op je smartphone of tablet. Dan kan je de hele website bekijken.