Palmzondag 2024 : Een onvermijdelijke weg
Marcel Braekers
Openingszang 318 Gedenk die werd beeld van een mens
Optocht in Jeruzalem, in: Nico ter Linden, koning op een ezel p. 171 – 173.
Wijding van de palmtakken
God van leven, Gij laat uit koude winter en harde grond
Helder groen als een nieuwe lente opschieten.
Dezelfde takken waarmee de armen zwaaiden toen
Ze Jezus begroetten als hun redder.
Zegen (+) deze altijd groene palmen
Zegen hen die ze straks een plaats geven in hun huis,
Op hun land, de wegen die ze gaan.
Zegen allen in wiens naam wij Jezus begroeten en die
In dit teken van leven en vrede willen geloven.
Zegen hen, waar ter wereld, opdat hen leven toestroomt in overvloed:
Gij Vader, Zoon en heilige Geest.
Palmprocessie + zang 772B: voor kleine mensen is Hij bereikbaar
Begroeting
Vandaag op Palmzondag begint de Goede Week en gaan we met Jezus mee in de laatste dagen van zijn leven. Hoe hebben Jezus en de leerlingen die dagen beleefd? Mensen onder jullie die ooit een dierbare verloren denken misschien wel terug aan die laatste dagen. Wat heb je gedaan? Wat had je achteraf gezien moeten doen? Meestal blijven we ten onrechte met een schuldgevoel achter dat het niet genoeg was. Indien iemand sterft ten gevolge van een ongeneselijke ziekte ben je machteloos. Maar als iemand roekeloos gedrag vertoont of zelfdestructief wordt dan had je misschien kunnen waarschuwen of beschermend tussenkomen.
Ik heb de indruk dat zich ook in het leven van Jezus zoiets heeft voorgedaan. Eerst kwam zijn familie Hem opzoeken, omdat ze dachten dat Hij zijn verstand had verloren. Later waarschuwden Petrus en de anderen Hem om niet naar Jeruzalem te gaan of het lijden niet te willen opzoeken. Maar niets kon Jezus van gedacht doen veranderen. Hij zocht de confrontatie op om de leiders en het volk bewust voor een keuze te stellen.
Had men Jezus moeten waarschuwen dat zijn houding gevaarlijk was? Maar stel dat men dat had gedaan en Jezus zou voor de bedreigingen zijn gevlucht, wat was er dan overgebleven van zijn visie, van zijn bezieling, van alles waarvoor we Hem nu eren. Het ging Jezus om een andere kijk op God, een andere zelfervaring, een andere omgang met elkaar. En de tempel en heel het religieuze systeem stonden voor al dat andere: voor het afkopen van Gods gunst, voor een lege en oneerlijke samenleving, enz. Er was geen weg terug en zijn weg zou eindigen in geweld. Maar Hij vervolgde zijn weg niet voor zichzelf, maar voor ons, voor onze kinderen en alle latere generaties. Opdat een nieuw fris leven zou opbloeien.
Gebed
Gij grote en verborgen God,
Dat wij ons laten leiden
Door het vertrouwen van uw Zoon
Waarmee Hij zijn weg is gegaan,
Dat wij ons laten leiden
door zijn liefde
die Hem alles kostte,
Dat wij in Hem de Mens zien,
Het schepsel naar uw hart,
naar uw beeld,
Hij die uw Naam heiligde
In leven en sterven.
Gij
die troont op onze gezangen
En woont in de liefde van uw Zoon
Leid ons door de Goede, Stille Week die komt:
Waarin wij alle tijd durven nemen
Om de weg te gaan
van Hem
Die ons gelaat onthult. (S. de Vries, Bij gelegenheid II, p. 277.)
Filippenzen 2, 1 – 11
lied 527 leer van de liefde
Marcus 14, 1 - 11
Homilie
Marcus begint zijn lange lijdensverhaal met een merkwaardige scène. Jezus is in het huis van Simon de melaatse, het huis dat vanuit het standpunt van rein-onrein zo ver mogelijk van de tempel was gelegen. Plots komt vanuit het niets een vrouw naar voor en giet een kruikje met kostbaar parfum over het hoofd van Jezus. Wat ze deed was in haar cultuur een schok, zoiets mocht een vrouw niet doen, zeker niet in het openbaar. Waarom deed ze dit, wat wilde ze ermee uitdrukken? Ze verschijnt uit het niets en geeft een belachelijk duur geschenk. Voor Marcus is het allemaal symbolisch: een vluchtig, verloren geschenk voor een verloren lichaam. Zo is ook het lijden en de dood van Jezus die hierop volgen. Alles is zo nietig en futiel. En onmiddellijk breken de verschillende interpretaties los. De een vindt het geld verkwisten, een ander ongehoord en weer anderen vinden het een ultieme gebaar van eerbied dat men aan dit leven kan brengen. Net zoals men ook de dood van Jezus op heel verschillende manieren zal begrijpen. De vrouw giet het reukwerk over het hoofd van Jezus, net zoals de priester of profeet deed als een koning werd gezalfd. Zo laat Marcus ook zien dat deze Jezus die zal worden gedood, de echte Messias is, het licht voor deze wereld.
Ik weet niet welke indruk dit gebeuren op u maakt, maar voor mij roept het een diepe ontroering op. Ik zie een vrouw die, geraakt tot in haar diepste persoon zich van niemand of niets iets aantrekkend, het kostbaarste dat ze heeft meedeelt. Ze heeft de gekste kosten gedaan om haar liefde uit te drukken. Vanuit het niets en in stilte komt ze naar voor om ook weer in stilte te verdwijnen. Maar ze stelt een gebaar dat over de dood verwijst naar de verrijzenis. Ze is een voorbeeld van wat diepe gelovigheid betekent en ze toont de weg die wij in deze laatste dagen samen met Jezus kunnen gaan. Op Goede Vrijdag horen we hoe het allemaal afloopt.
Groot dankgebed 150 Die naar menselijke gewoonte
Na de communie 313 Christus, de gestalte van God, beeld en gelijkenis van zijn Heerlijkheid
Ik wou een tuin in: H. Oosterhuis, ‘stilte zingen’ p. 369